Neulasta
pegfilgrastim
pegfilgrastim
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Wat is Neulasta en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Neulasta bevat de werkzame stof pegfilgrastim. Pegfilgrastim is een eiwit dat door middel van biotechnologie geproduceerd wordt in bacteriën genaamd E. coli. Het behoort tot een groep eiwitten die “cytokinen” genoemd worden en het lijkt sterk op een natuurlijk eiwit (granulocytkoloniestimulerende factor) dat door uw eigen lichaam wordt gemaakt.
Neulasta wordt gebruikt om de duur van neutropenie (laag aantal witte bloedcellen) en het optreden van febriele neutropenie (laag aantal witte bloedcellen gepaard gaande met koorts) te verminderen. Deze kunnen veroorzaakt worden door het gebruik van cytotoxische chemotherapie (geneesmiddelen die snel groeiende cellen vernietigen). De witte bloedcellen zijn belangrijk, omdat zij uw lichaam helpen infecties te bestrijden. Deze cellen zijn zeer gevoelig voor de effecten van chemotherapie waardoor het aantal van deze cellen in uw lichaam kan verminderen. Indien het aantal witte bloedcellen daalt tot een laag niveau kan het zijn dat er niet meer genoeg in uw lichaam zijn om bacteriën te bestrijden en loopt u een groter risico op infecties.
Uw arts heeft u Neulasta voorgeschreven om uw beenmerg (het deel van het bot dat bloedcellen aanmaakt) te stimuleren om meer witte bloedcellen aan te maken die uw lichaam helpen om infecties te bestrijden.
U bent allergisch voor pegfilgrastim, filgrastim of één van de andere stoffen in dit geneesmiddel.
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt:
als u een allergische reactie heeft, waaronder zwakte, daling van de bloeddruk, bemoeilijkte ademhaling, opgezwollen gezicht (anafylaxie), roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende huidgebieden.
als u allergisch bent voor latex. De naalddop van de voorgevulde spuit bevat een derivaat van latex en kan ernstige allergische reacties veroorzaken.
als u allergisch bent voor acrylkleefstoffen. De ‘on body’-injector maakt gebruik van acrylkleefstof en kan leiden tot een allergische reactie.
als u hoest, koorts heeft en moeite heeft met ademhalen. Dit kan een klacht zijn van “Acute Respiratory Distress Syndrome” (ARDS).
als u een van de volgende bijwerkingen of een combinatie daarvan heeft:
- zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel, en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Dit kunnen klachten zijn van een aandoening genaamd “capillaireleksyndroom” waarbij bloed
uit de kleine bloedvaten in uw lichaam lekt. Zie rubriek 4.
als u pijn krijgt linksboven in de buik of in de punt van uw schouder. Dit kan een aanwijzing zijn van een probleem met uw milt (splenomegalie).
als u onlangs een ernstige longinfectie (pneumonie), vocht in de longen (longoedeem), ontsteking van de longen (longfibrose) of een afwijkende uitslag op een röntgenfoto van de borstkas (longinfiltraat) heeft gehad.
als u op de hoogte bent van veranderingen in uw bloedbeeld (bijvoorbeeld een verhoogd aantal witte bloedcellen of anemie) of een verlaagd aantal bloedplaatjes, waardoor uw bloed minder gemakkelijk stolt (trombocytopenie). Uw arts wil u mogelijk intensiever in de gaten houden.
als u sikkelcelziekte heeft. Uw arts wil uw aandoening mogelijk intensiever in de gaten houden.
als u borst- of longkanker heeft. In combinatie met chemotherapie en/of radiotherapie kan Neulasta uw risico verhogen op een precancereuze bloedaandoening die myelodysplastisch syndroom (MDS) wordt genoemd of op een bloedkanker die acute myeloïde leukemie (AML) wordt genoemd. Symptomen hiervan zijn onder andere vermoeidheid, koorts en gemakkelijk blauwe plekken of bloedingen krijgen.
als u plotselinge klachten van allergie heeft, zoals uitslag, jeuk of huiduitslag met hevige jeuk en vorming van bultjes (galbulten) op de huid (netelroos), zwelling van het gezicht, de lippen, de tong of andere delen van het lichaam, kortademigheid, piepende ademhaling of moeite met ademhalen. Dit kunnen klachten zijn van een ernstige allergische reactie.
als u symptomen heeft van ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het lichaam voert), dit is zelden gemeld bij kankerpatiënten en gezonde donoren. De klachten kunnen koorts, buikpijn, malaise, rugpijn en verhoogde ontstekingsmarkers omvatten. Vertel het uw arts als u deze klachten krijgt.
Aangezien Neulasta de kleine filters in uw nieren kan beschadigen (glomerulonefritis), zal uw arts uw bloed en urine regelmatig controleren.
Ernstige huidreacties (Stevens-Johnson-syndroom) zijn gemeld in combinatie met het gebruik van Neulasta. Stop het gebruik van Neulasta en zoek onmiddellijk medische hulp als u klachten opmerkt zoals beschreven in rubriek 4.
Spreek met uw arts over uw risico’s om vormen van bloedkanker te ontwikkelen. Als u een vorm van bloedkanker ontwikkelt of een groot risico loopt een vorm van bloedkanker te ontwikkelen, mag u Neulasta niet gebruiken, tenzij uw arts u dat voorschrijft.
Als u het verlies van een behandelingseffect, of het onvermogen om een behandelingseffect met pegfilgrastim te behouden ervaart, zal uw arts de redenen hiervoor onderzoeken, bijvoorbeeld of u antilichamen heeft ontwikkeld die de activiteit van pegfilgrastim neutraliseren.
Gebruikt u naast Neulasta nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kortgeleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel gebruikt. Neulasta is niet getest bij zwangere vrouwen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u:
zwanger bent;
denkt dat u zwanger bent; of
van plan bent om zwanger te worden.
Tenzij uw arts u een andere instructie geeft, moet u stoppen met borstvoeding als u Neulasta gebruikt.
Neulasta heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid of het vermogen om machines te bedienen.
Dit middel bevat 30 mg sorbitol per voorgevulde spuit, overeenkomend met 50 mg/ml. Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, dat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.
Neulasta is bestemd voor gebruik bij volwassen van 18 jaar en ouder.
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De aanbevolen dosering is één subcutane injectie (injectie onder de huid) van 6 mg toegediend ten minste 24 uur na de laatste dosis chemotherapie aan het einde van elke chemotherapiecyclus.
Uw arts kan beslissen dat het voor u handiger is als u Neulasta zelf injecteert. Uw arts of verpleegkundige zal u tonen hoe u zichzelf kunt injecteren. Probeer niet uzelf te injecteren als u dit niet geleerd is.
Lees de rubriek aan het einde van deze bijsluiter voor de verdere instructies over hoe u zelf te injecteren met Neulasta.
Neulasta niet krachtig schudden, omdat dit de werking kan aantasten.
Als u meer Neulasta heeft gebruikt dan u zou mogen, dient u contact op te nemen met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Als u zichzelf injecteert en uw dosis Neulasta bent vergeten, dient u contact op te nemen met uw arts om te overleggen wanneer u de volgende dosis dient te injecteren.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.
Vertel het uw arts onmiddellijk als u last heeft van één of meerdere van de volgende bijwerkingen:
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel en een algemeen gevoel van vermoeidheid. Deze klachten treden over het algemeen snel op.
Dit kunnen klachten zijn van een soms voorkomende (bij minder dan 1 op de 100 gebruikers) aandoening genaamd "capillaire-lek-syndroom" waarbij bloed uit de kleine bloedvaten in uw lichaam lekt. Het capillaire-lek-syndroom vereist onmiddellijke medische hulp.
botpijn. Uw arts zal u zeggen wat u kan nemen om de botpijn te verlichten.
misselijkheid en hoofdpijn.
uitslag, jeukende rode bultjes (contactdermatitis/plaatselijke huidreacties) zijn waargenomen bij gebruik van de ‘on-body’-injector.
pijn op de injectieplaats.
reacties op de aanbrengplaats, waaronder roodheid, bloeding, bloeduitstorting, pijn en onaangenaam gevoel zijn waargenomen bij gebruik van de ‘on-body’-injector.
pijn in het hele lichaam en pijn in de gewrichten en spieren.
er kunnen veranderingen voorkomen in uw bloedbeeld, maar die worden gezien bij routinematig bloedonderzoek. Het aantal witte bloedcellen kan voor een korte tijd hoog worden. Het aantal bloedplaatjes kan dalen en dit kan resulteren in bloeduitstortingen.
allergie-achtige reacties, waaronder roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende verheven huidgebieden.
ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie (zwakte, daling van de bloeddruk, bemoeilijkte ademhaling, opgezet gezicht).
miltvergroting.
miltruptuur. Sommige gevallen van miltruptuur waren fataal. Het is belangrijk dat u onmiddellijk contact opneemt met uw arts wanneer u pijn voelt in de linker bovenbuik of linker schouder, omdat dit kan verwijzen naar een probleem met uw milt.
ademhalingsproblemen. Informeer uw arts indien u hoest, koorts en ademhalingsmoeilijkheden heeft.
Sweetsyndroom (paars gekleurde, gezwollen, pijnlijke afwijkingen aan de ledematen en soms het gezicht en de nek-hals met koorts) is voorgevallen, maar andere factoren kunnen een rol spelen.
cutane vasculitis (ontsteking van de bloedvaten in de huid).
schade aan de kleine filters in uw nieren (glomerulonefritis).
roodheid op de injectieplaats.
bloed ophoesten (hemoptoë).
bloedaandoeningen (myelodysplastisch syndroom [MDS] of acute myeloïde leukemie [AML]).
ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het lichaam voert), zie rubriek 2.
bloeden vanuit de longen (longbloedingen)
het Stevens-Johnson-syndroom, dat kan optreden als rode schietschijfachtige of ringvormige plekken, vaak met blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus, geslachtsdelen en ogen, en kan worden voorafgegaan door koorts en griepachtige klachten. Stop het gebruik van Neulasta als u deze klachten ontwikkelt en neem onmiddellijk contact op met uw arts of zoek medische hulp. Zie ook rubriek 2.
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de doos en op het etiket van de spuit na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C – 8°C).
U mag Neulasta uit de koelkast nemen en bewaren bij kamertemperatuur (niet boven 30°C) gedurende een periode van maximaal 3 dagen. Wanneer de spuit uit de koelkast is gehaald en op kamertemperatuur (niet boven 30°C) is gekomen, moet de spuit ofwel binnen 3 dagen gebruikt worden ofwel vernietigd worden.
Niet in de vriezer bewaren. Indien Neulasta per ongeluk één keer maximaal 24 uur ingevroren is geweest, mag het nog worden gebruikt.
De container in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht. Gebruik dit middel niet als u merkt dat de vloeistof troebel is of deeltjes bevat.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
De werkzame stof in dit middel is pegfilgrastim. Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg pegfilgrastim in 0,6 ml oplossing.
De andere stoffen in dit middel zijn natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20 en water
voor injecties. Zie rubriek 2.
Neulasta is een heldere, kleurloze oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit (6 mg/0,6 ml). Elke verpakking bevat 1 glazen voorgevulde spuit met een daarop bevestigde roestvrijstalen naald en
naalddop.
De voorgevulde spuit (al dan niet in blisterverpakking) kan ook zijn geleverd met een automatische naaldbeschermer.
Amgen Europe B.V. Minervum 7061
4817 ZK Breda Nederland
Amgen Europe B.V. Minervum 7061
4817 ZK Breda Nederland
Amgen Technology (Ireland) Unlimited Company Pottery Road
Dun Laoghaire Co Dublin Ierland
1831 Diegem België
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
s.a. Amgen n.v.
Tel/Tél: +32 (0)2 7752711
Amgen Switzerland AG Vilniaus filialas Tel: +370 5 219 7474
Амджен България ЕООД Тел.: +359 (0)2 424 7440
s.a. Amgen Belgique/Belgien
Tel/Tél: +32 (0)2 7752711
Amgen s.r.o.
Tel: +420 221 773 500
Amgen Kft.
Tel.: +36 1 35 44 700
Amgen, filial af Amgen AB, Sverige Tlf: +45 39617500
Tel: +39 02 6241121
Amgen GmbH
Tel: +49 89 1490960
Amgen B.V.
Tel: +31 (0)76 5732500
Amgen Switzerland AG Vilniaus filialas Tel: +372 586 09553
Amgen AB
Tel: +47 23308000
Amgen Ελλάς Φαρμακευτικά Ε.Π.Ε. Τηλ.: +30 210 3447000
Amgen GmbH
Tel: +43 (0)1 50 217
Amgen S.A.
Tel: +34 93 600 18 60
Amgen Biotechnologia Sp. z o.o. Tel.: +48 22 581 3000
Amgen S.A.S.
Tél: +33 (0)9 69 363 363
Amgen Biofarmacêutica, Lda. Tel: +351 21 422 0606
Amgen d.o.o.
Tel: +385 (0)1 562 57 20
Amgen România SRL Tel: +4021 527 3000
Amgen Ireland Limited Tel: +353 1 8527400
AMGEN zdravila d.o.o. Tel: +386 (0)1 585 1767
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Amgen S.r.l.
Tel: +39 02 6241121
Amgen AB, sivuliike Suomessa/Amgen AB, filial i Finland
Puh/Tel: +358 (0)9 54900500
C.A. Papaellinas Ltd Τηλ.: +357 22741 741
Amgen AB
Tel: +46 (0)8 6951100
Amgen Switzerland AG Rīgas filiāle Tel: +371 257 25888
Amgen Limited
Tel: +44 (0)1223 420305
).
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Deze rubriek bevat informatie over hoe u uzelf Neulasta injecteert. Het is belangrijk dat u niet probeert om uzelf te injecteren tot uw arts, verpleegkundige of apotheker u dit heeft geleerd. Als u vragen heeft over het toedienen van de injectie, raadpleeg dan uw arts, verpleegkundige of apotheker.
U moet uzelf injecteren in het weefsel net onder de huid. Dit noemt men een subcutane injectie.
Om uzelf een subcutane injectie toe te dienen, heeft u het volgende nodig:
een voorgevulde spuit Neulasta; en
alcoholdoekjes of iets vergelijkbaars.
Neem de voorgevulde spuit Neulasta uit de koelkast.
De voorgevulde spuit niet schudden.
Verwijder de dop niet eerder van de naald dan u gereed bent om te injecteren.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op het etiket van de voorgevulde spuit (EXP.).
Gebruik de spuit niet na de laatste dag van de vermelde maand.
Controleer hoe Neulasta eruitziet. Het moet een heldere en kleurloze vloeistof zijn. Als het deeltjes bevat, mag u het product niet gebruiken.
Het injecteren verloopt minder onaangenaam wanneer u de voorgevulde spuit 30 minuten op kamertemperatuur laat komen. U kunt de voorgevulde spuit ook enkele minuten voorzichtig in uw hand houden. Warm Neulasta op geen enkele andere manier op (warm Neulasta bijvoorbeeld niet op in de magnetron of in warm water).
Was uw handen grondig.
Kies een comfortabele, goed verlichte schone plaats en leg alles wat u nodig heeft binnen handbereik.
Voor u Neulasta injecteert, moet u het volgende doen:
Houd de cilinder van de spuit vast en verwijder voorzichtig zonder draaien de dop van de naald. Trek de dop recht weg zoals aangeduid in figuur 1 en 2. Raak de naald niet aan en duw de zuiger niet in.
Het kan voorkomen dat er een kleine luchtbel in de voorgevulde spuit aanwezig is. U hoeft deze niet te verwijderen voordat u injecteert. Injecteren van de oplossing met de luchtbel is ongevaarlijk.
De voorgevulde spuit is nu klaar voor gebruik.
De meest geschikte plaatsen om uzelf te injecteren zijn:
het bovendeel van de dijen, en
de buik, met uitzondering van de zone rond de navel.
Als u door iemand anders wordt geïnjecteerd, kan ook de achterzijde van uw armen gebruikt worden.
Maak uw huid schoon met een alcoholdoekje.
Trek de huid tussen uw duim en wijsvinger omhoog (zonder in de huid te knijpen). Steek de naald in de huid.
Duw de zuiger langzaam met constante druk naar beneden. Duw de zuiger helemaal in om alle vloeistof te injecteren.
Verwijder, nadat de vloeistof is geïnjecteerd, de naald en laat de huid los.
Als u een druppeltje bloed ziet op de injectieplaats kunt u dit wegdeppen met een watje of tissue. Wrijf niet over de injectieplaats. Zo nodig kunt u een pleister op de injectieplaats doen.
Als er Neulasta in de spuit achtergebleven is, gebruik die dan niet meer.
Gebruik elke spuit maar voor één injectie. Als u problemen heeft, vraag dan uw arts of verpleegkundige om hulp en advies.
Plaats de dop niet terug op gebruikte naalden.
Gebruikte spuiten buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
De gebruikte spuiten dienen weggegooid te worden in overeenstemming met de lokale wetgeving. Vraag uw apotheker wat u met medicijnen moet doen die niet meer nodig zijn. Deze maatregelen zullen helpen bij de bescherming van het milieu.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Gebruiksaanwijzing: |
Verklaring van de onderdelen
Vóór gebruik Na gebruik
Zuiger
Zuiger na gebruik
Etiket van de spuit
Cilinder van de spuit na gebruik
Vingergrepen
Etiket van de spuit Cilinder van de spuit
Naaldbeschermer
Veer van de naaldbeschermer
Gebruikte naald
Veer van de naaldbeschermer na gebruik
Grijze naalddop erop
Grijze naalddop eraf
Belangrijk | |
Lees eerst deze belangrijke informatie voordat u een Neulasta voorgevulde spuit met | |
automatische naaldbeschermer gebruikt: | |
Verwijder de grijze naalddop van de voorgevulde spuit niet voordat u klaar bent om te injecteren. Gebruik de voorgevulde spuit niet als deze op een hard oppervlak is gevallen. Gebruik een nieuwe voorgevulde spuit en neem contact op met uw arts of andere zorgverlener. Probeer niet omdevoorgevuldespuitteactiverenvoordatudeinjectiegaattoedienen. Probeer niet omdedoorzichtigenaaldbeschermervandevoorgevuldespuitaftehalen. Probeer niet om het afneembare etiket op de cilinder van de voorgevulde spuit te verwijderen voordat u de injectie toedient. Neem contact op met uw arts of andere zorgverlener als u nog vragen heeft. |
Stap 1: Voorbereiden | ||
A | Haal de blister met voorgevulde spuit uit de verpakking en leg klaar wat u nodig heeft voor uw | |
injectie: alcoholdoekjes, een watje of gaasje, een pleister en een naaldcontainer (niet | ||
inbegrepen). | ||
Laat de voorgevulde spuit gedurende 30 minuten op kamertemperatuur komen. Hierdoor zal de | ||
injectie comfortabeler zijn. Was uw handen grondig met water en zeep. | ||
Leg de nieuwe voorgevulde spuit en de andere benodigdheden op een schoon en goed verlicht oppervlak. Probeer niet om de spuit door middel van een warmtebron, zoals heet water of de magnetron, op te warmen. Devoorgevuldespuitniet blootstellenaandirectzonlicht. Devoorgevuldespuitniet schudden.
|
B | Open de blisterverpakking door de afsluitfolie los te trekken. Pak de voorgevulde spuit op bij | |
de naaldbeschermer om deze uit de verpakking te halen. | ||
Hier vastpakken Om redenen van veiligheid: Niet dezuigervastpakken. Niet degrijzenaalddopvastpakken. |
C | Controleer het geneesmiddel en de voorgevulde spuit. |
Geneesmiddel | |
Devoorgevuldespuitniet gebruiken indien:
Neem in alle bovengenoemde gevallen contact op met uw arts of andere zorgverlener. |
Stap 2: Zich klaarmaken voor de injectie | ||
A | Was uw handen grondig. Reinig de injectieplaats. | |
Bovenarm Buik Dijbeen U kunt de injectie toedienen op:
| ||
Niet injecteren op plaatsen waar de huid gevoelig, rood of hard is of op een blauwe plek. | ||
Vermijd gebieden met littekens of striae. |
B | Trek voorzichtig de grijze naalddop recht van de naald, van het lichaam af gericht. |
C | Trek de huid op de injectieplaats tussen duim en wijsvinger omhoog om de huid te spannen. |
Het is belangrijk om de huidplooi te blijven vasthouden tijdens de injectie. |
Stap 3: Injecteren | |
A | Houd de huidplooi vast. STEEK de naald in de huid. |
Hetgereinigdehuidgebiedhierbijniet aanraken. |
B | DUW de zuiger langzaam en met constante druk naar beneden totdat u een ‘klik’ voelt of | |
hoort. Duw de zuiger helemaal naar beneden door de klik heen. | ||
“KLIK” Het is belangrijk om door de ‘klik’ heen te duwen om de volledige dosis te injecteren. |
C | LAAT uw duim los. TIL dan pas de spuit op, van de huid af. |
Nadat u de zuiger heeft losgelaten, zal de naaldbeschermer van de voorgevulde spuit de gehele naald afschermen. Degrijzenaalddopniet terugplaatsenopgebruiktevoorgevuldespuiten. |
Alleen voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg | |||
De merknaam van het toegediende product moet duidelijk geregistreerd worden in het | |||
patiëntendossier. | |||
Haal het etiket van de voorgevulde spuit en bewaar dit. Draai de zuiger om het etiket gemakkelijk te kunnen verwijderen. |
Stap 4: Verwijderen | ||
A | Gooi de gebruikte voorgevulde spuit en andere injectiebenodigdheden weg in de | |
naaldcontainer. | ||
Geneesmiddelen dienen te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht. De spuit en de naaldcontainer buiten het zicht en bereik van kinderen houden. Devoorgevuldespuitnagebruikniet opnieuw gebruiken. Voorgevuldespuitennagebruikniet recyclenennietindevuilnisbakgooien. |
B | Bekijk de injectieplaats. | |
Als u een druppeltje bloed ziet, kunt u dat voorzichtig wegdeppen met een watje of een gaasje. Wrijf | ||
niet over de injectieplaats. Gebruik een pleister indien nodig. |