Startpagina Startpagina

Sileo
dexmedetomidine


BIJSLUITER

Sileo 0,1 mg/ml oromucosale gel voor honden


  1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND


    Orion Corporation Orionintie 1

    FI-02200 Espoo FINLAND


  2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL


    Sileo 0,1 mg/ml oromucosale gel voor honden Dexmedetomidine hydrochloride


  3. GEHALTE AAN WERKZA(A)M(E) EN OVERIGE BESTANDD(E)L(EN)


    Werkzaam bestanddeel:

    Dexmedetomidine hydrochloride 0,1 mg/ml (gelijk aan 0,09 mg/ml dexmedetomidine).


    Overige ingrediënten: Briljantblauw FCF (E133) en tartrazine (E102). Sileo is een transparante, groene oromucosale gel.


  4. INDICATIE(S)


    Voor de vermindering van acute stress en angst bij honden die samenhangt met geluid.


  5. CONTRA-INDICATIES


    Geef de hond geen Sileo als het dier:

    • ernstige aandoeningen heeft aan lever, nieren of hart.

    • overgevoelig is voor het actieve bestanddeel of voor één van de hulpstoffen.

    • suf is ten gevolge van een vorige medicatie.


  6. BIJWERKINGEN

    Sileo kan de volgende bijwerkingen veroorzaken. Vaak voorkomende bijwerkingen:

    • bleekheid van de slijmvliezen op de toedieningslocatie

    • vermoeidheid (verdoving)

    • braken

    • ongecontroleerd urineren.

      Soms voorkomende bijwerkingen:

      • onrust

      • zwellingen rond de ogen

      • versuftheid

      • losse drollen.


        De frequentie van bijwerkingen wordt als volgt gedefinieerd:

      • Zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerking(en))

      • Vaak (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren)

      • Soms (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 1.000 behandelde dieren)

      • Zelden (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren)

      • Zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten).


    Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.


  7. DOELDIERSOORT


    Hond


  8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEG(EN) EN WIJZE VAN GEBRUIK


    Oromucosale gel.


    Sileo wordt aangebracht op de slijmvliezen tussen de wang en het tandvlees van de hond.

    De Sileo orale spuit geeft het product af in kleine stappen (0,25 ml). Elke stap wordt aangegeven als een

    stip op de zuiger. In de doseertabel wordt het aantal stippen aangegeven dat moet worden toegediend op basis van het lichaamsgewicht van de hond.


    In de onderstaande doseertabel wordt het doseervolume (in stippen) aangegeven dat voor het betreffende lichaamsgewicht moet worden toegediend. Als de dosis voor de hond meer dan 6 stippen is, moet de helft van de dosis op de slijmvliezen aan de ene kant van de bek van de hond wordt aangebracht, en de andere helft van de dosis aan de andere kant. Aanbevolen dosis niet overschrijden.



    Lichaamsgewicht van de hond (kg)


    Aantal stippen

    2,0–5,5

    1

    5,6–12

    2

    ●●

    12,1–20

    3

    ●●●

    20,1–29

    4

    ●●●●

    29,1–39

    5

    ●●●●●

    39,1–50

    6

    ●●●●●●

    50,1–62,5

    7

    ●●●●●●●

    62,6–75,5

    8

    ●●●●●●●●

    75,6–89

    9

    ●●●●●●●●●

    89,1–100

    10

    ●●●●●●●●●●


  9. AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING


    Het toedienen moet door een volwassene worden uitgevoerd. Draag niet-doorlaatbare wegwerphandschoenen bij het werken met het diergeneesmiddel.


    De eerste dosis moet direct worden toegediend als de hond de eerste tekenen van angst vertoont, of als de eigenaar een typische stimulus waarneemt (zoals vuurwerk of onweer) die altijd stress of angst opwekt bij de betreffende hond. Typische tekenen van angst en angst zijn hijgen, trillen, ijsberen (vaak van plaats veranderen, rondrennen, rusteloosheid), zoeken naar mensen (dichtbij blijven, verbergen achter, schrapen met de poot, volgen), verstoppen (onder meubels, in donkere ruimtes), proberen te ontsnappen, verstijven (niet meer bewegen), voedsel en snoepjes weigeren, ongepast urineren, ongepast ontlasten, kwijlen, etc.


    image

    Als de angstopwekkende gebeurtenis blijft voortduren en de hond weer tekenen van stress en angst vertoont, kan opnieuw worden toegediend vanaf 2 uur na de eerste dosis. Het product kan tot 5 keer worden toegediend tijdens elke gebeurtenis.


    Zie de gedetailleerde instructies en afbeeldingen aan het einde van deze bijsluiter.


  10. WACHTTIJD(EN)


    Niet van toepassing.


  11. BIJZONDERE BEWAARVOORSCHIFTEN


    Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.

    Plaats de orale spuit na elk gebruik onmiddellijk terug in de doos om kinderen te beschermen en om het diergeneesmiddel donker te bewaren.

    Sluit de spuit weer af met de dop na gebruik.

    Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket van de orale spuit en de buitenverpakking na EXP. De uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand. Houdbaarheid na eerste opening van de orale spuit: 4 weken. Maak een notitie op de doos achter "Houdbaarheidsdatum na openen..." om te kunnen onthouden wanneer de 4 weken zijn verstreken.


  12. SPECIALE WAARSCHUWING(EN)


    Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:

    In tegenstelling tot veel andere orale diergeneesmiddelen, is dit product niet om door te slikken. Het moet op de slijmvliezen tussen de wang en het tandvlees van de hond worden aangebracht. Daarom dient het verstrekken van voedsel of snoepjes binnen 15 minuten na het toedienen van de gel te worden vermeden. Als de oromucosale gel wordt doorgeslikt, is deze minder effectief. Als de gel wordt ingeslikt, kan de hond indien nodig 2 uur na de vorige dosis een nieuwe dosis worden toegediend.

    De reactie op het medicijn kan minder zijn bij dieren die extreem nerveus, opgewonden of geagiteerd zijn. Er is geen onderzoek gedaan naar de veiligheid van het toedienen van Sileo aan puppy's jonger dan 16

    weken en honden ouder dan 17 jaar.


    Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient:

    Neem bij accidentele inname of langdurig mucosaal contact onmiddellijk contact op met een arts en laat daarbij de bijsluiter of het etiket zien. Bestuur geen voertuigen, aangezien sedatie en veranderingen in bloeddruk kunnen optreden.


    Vermijd contact met de huid, ogen of mondslijmvliezen. Draag niet-doorlaatbare wegwerphandschoenen bij het werken met het diergeneesmiddel.


    Was bij contact met de huid onmiddellijk de huid met ruim water en verwijder verontreinigde kleding. Spoel bij contact met ogen of het mondslijmvlies overvloedig met schoon water. Neem als zich symptomen voordoen contact op met een arts.


    Mensen met een bekende overgevoeligheid voor dexmedetomidine of één van de hulpstoffen moeten contact met het diergeneesmiddel vermijden.

    Zwangere vrouwen moeten contact met het product vermijden. Baarmoedercontracties en verminderde foetale bloeddruk kunnen optreden na systemische blootstelling aan dexmedetomidine.


    Advies voor de arts:

    Dexmedetomidine, het werkzame bestandsdeel van Sileo, is een alfa-2 adrenerge receptoragonist. Symptomen na absorptie kunnen klinische effecten zijn zoals dosisafhankelijke sedatie, ademhalingsdepressie, brachycardie, hypotensie, een droge mond en hyperglykemie. Ook ventriculaire aritmie is gerapporteerd. Aangezien de effecten dosisafhankelijk zijn, zijn ze bij kleine kinderen sterker dan bij volwassenen. Symptomen op het gebied van de ademhaling en hemodynamiek moeten symptomatisch worden behandeld. De specifieke alfa-2 adrenerge receptorantagonist, atipamezole, die is goedgekeurd voor gebruik bij dieren, is ook gebruikt bij mensen, om door dexmedetomidine opgewekte effecten op te heffen, maar alleen experimenteel.


    Dracht en lactatie:

    De veiligheid van dit diergeneesmiddel is niet vastgesteld tijdens dracht en lactatie bij de doeldiersoort. Daarom wordt gebruik van het product afgeraden tijdens dracht en lactatie.


    Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:

    Stel uw dierenarts op de hoogte van eventuele andere medicijnen die uw hond gebruikt.

    Het gebruik van andere verdovingsmiddelen die inwerken op het centrale zenuwstelsel versterkt naar

    verwachting het effect van dexmedetomidine en de dosis moet dan ook worden aangepast door de dierenarts.


    Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):

    Overdosering kan overmatige vermoeidheid veroorzaken. Als dit gebeurt, moet het dier warm gehouden worden.

    Als een overdosis is toegediend, neem dan zo spoedig mogelijk contact op met een dierenarts.

    De effecten van dexmedetomidine kunnen worden opgeheven door een specifiek antidotum.


    Informatie voor de dierenarts:

    Aanbevolen dosis niet overschrijden. Als de dosis wordt overschreden, kunnen tekenen van verdoving

    optreden. De diepte en duur van de verdoving is afhankelijk van de dosis. Als verdoving optreedt, moet de hond warm gehouden worden.


    Een vertraagde hartslag kan mogelijk worden waargenomen na het toedienen van hoger dan voorgeschreven doses van Sileo gel. De bloeddruk zakt tot iets onder het normale niveau. De ademhaling kan soms vertragen. Hogere dan aanbevolen doses van Sileo gel kunnen mogelijk ook een aantal andere door alfa-2 adrenerge receptoren geregelde effecten opwekken, zoals mydriasis, onderdrukking van de secretoire en motorische functies van de maag en darmen, tijdelijke atrioventriculaire blokken, diurese en hyperglykemie. Een lichte verlaging van de lichaamstemperatuur kan mogelijk worden waargenomen.

    De effecten van dexmedetomidine kunnen worden opgeheven door een specifiek antidotum, atipamezole (alfa-2 adrenerge receptorantagonist). Bij een overdosis is de juiste dosis van atipamezole in microgram 3 maal (3X) de dosis van de toegediende dexmedetomidine hydrochloride in Sileo gel. De dosis atipamezole (bij een concentratie van 5 mg/ml) in milliliter is een zestiende (1/16e) van het dosisvolume aan Sileo gel.


  13. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET- GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL


    Vraag aan uw dierenarts of apotheker wat u met overtollige diergeneesmiddelen dient te doen. Deze maatregelen dragen bij aan de bescherming van het milieu.


  14. DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN


    ).


  15. OVERIGE INFORMATIE


    INSTRUCTIES VOOR HET TOEDIENEN VAN DE GEL:

    image

    VOORBEREIDEN VAN NIEUWE SPUIT VOOR DE EERSTE DOSERING:


    image

    1. DRAAG HANDSCHOENEN

      Draag niet-doorlatende wegwerphandschoenen bij het werken met het

      diergeneesmiddel en de orale spuit.


      image

    2. ZUIGER VASTHOUDEN

      Houd de orale spuit zodanig vast dat u de stippen op de zuiger van de

      spuit kunt zien. Houd de zuiger met uw linkerhand vast.


      image

      image

    3. ONTGRENDELEN

      Houd de zuiger met uw linkerhand vast en ontgrendel de groene

      ringstop door deze naar u toe te draaien tot de ring gemakkelijk kan bewegen.


      image

    4. RING VERPLAATSEN

      Schuif de ring naar het andere einde van de zuiger.


      image

    5. VERGRENDELEN image

      Houd de zuiger vast met uw rechterha nd en vergrendel de ringstop door deze van u af te draaien.


      DOSIS SELECTEREN EN TOEDIENEN:


      image

    6. ONTGRENDELEN image

      Houd de zuiger vast met uw rechterha nd en ontgrendel de ringstop

      door deze naar u toe te draaien. Trek niet aan de zuiger!


      image

    7. RING VERPLAATSEN

      Schuif de ring naar het andere einde van de zuiger om zo de juiste

      dosis te kunnen kiezen op basis van het voorschrift van de dierenarts.


      image

    8. DOSIS INSTELLEN EN VERGRENDELEN image

      Plaats de ring zodanig dat de zijde aan de kant van de cilinder op één lijn ligt met de streep en het vereiste aantal stippen te zien is tussen de

      ring en de cilinder. Vergrendel de ring door deze van u af te draaien.

      Controleer voor het toedienen of de ring is vergrendeld.

      image

    9. DOP VERWIJDEREN (STRAK)

      Trek stevig aan de dop terwijl u de cilinder vasthoudt. Let op: de dop zit heel strak (u moet trekken, niet draaien). Bewaar de dop om de

      spuit later weer af te kunnen sluiten.


      image

    10. IN DE WANG TOEDIENEN

      Plaats het uiteinde van de orale spuit tussen de wang en het tandvlees

      van de hond en druk op de zuiger tot de ringstop de plunjer tegenhoudt.

      BELANGRIJK: De gel mag niet worden doorgeslikt. Als de gel wordt doorgeslikt, is deze mogelijk niet effectief.


      image NIET LATEN DOORSLIKKEN


      image

    11. TERUG IN VERPAKKING

Plaats de dop weer op de spuit en stop de spuit terug in de doos. Het

product is gevoelig voor licht en moet donker worden bewaard. Zorg dat de verpakking altijd goed is afgesloten. Houd de verpakking altijd buiten het zicht en bereik van kinderen. Verwijder de handschoenen en werp deze weg.


Verpakkingsgrootte: enkele verpakking met 1 orale spuit of multiverpakkingen van 3 (3 verpakkingen met 1 orale spuit). Multiverpakkingen met 5, 10 en 20 orale spuiten zijn ook beschikbaar maar zijn louter bedoeld om verstrekt te worden aan dierenartsen.


Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.

Voor alle informatie over dit diergeneesmiddel kunt u contact opnemen met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.


Sverige

Orion Pharma AB, Animal Health Golfvägen 2

Box 85

SE-182 11 Danderyd

Tel: +46 8 623 64 40

Norge

Orion Pharma AS Animal Health

P.O. Box 4366 Nydalen

N-0402 Oslo

Tlf: +47 40 00 41 90


Danmark

Orion Pharma Animal Health Ørestads Boulevard 73

DK-2300 København S Tlf: +45 86 14 00 00

Suomi/Finland

ORION PHARMA Eläinlääkkeet PL 425, 20101 Turku

Puh: +358 10 4261


Polska

Orion Pharma Poland Sp. z o.o.

ul. Fabryczna 5A 00-446 Warszawa

Tel: +48 22 8333177

Magyarország

Orion Pharma Kft.

1139 Budapest, Pap Károly u. 4-6

Tel.: +36 1 886 3015


Česká republika Orion Pharma s.r.o. Zelený pruh 95/97 140 00, Praha, ČR

Tel: +420 227 027 263

Slovenská republika Orion Pharma s.r.o. Ružová dolina 6

821 08 Bratislava, SR

Tel: +421 250 221 215


România

Orion Pharma Romania srl

B-dul Tudor Vladimirescu nr 22 , Green Gate Building

Floor 5, office 518, Bucuresti, 050883

Tel: +40 31 845 1646

Slovenija

IRIS d.o.o.

1000 Ljubljana Cesta v Gorice 8

Tel: +386 1 200 66 50


Eesti, Latvija, Lietuva UAB Orion Pharma Kubiliaus str.6

LT-08234 Vilnius Tel: +370 5 276 9499

Ísland Icepharma hf. Lynghálsi 13

110 Reykjavík

Sími: 540 8080


Nederland

Ecuphar bv

Verlengde Poolseweg 16

4818 CL Breda

Tel: +31 (0)88 003 38 00

E-mail: info@ecuphar.nl

België/Belgique/Belgien Ecuphar NV/SA Legeweg 157-i

8020 Oostkamp

Tel: +32 (0)50 31 42 69

Email: animal.health@ecuphar.be


Luxembourg/Luxemburg

Ecuphar SA

Legeweg 157-i 8020 Oostkamp Belgique

Deutschland Ecuphar GmbH Brandteichstraße 20

17489 Greifswald Deutschland

Tel: +32 (0)50 31 42 69

Email: animal.health@ecuphar.be

Tel: +49 (0)3834 83 584 0

E-mail: info@ecuphar.de


España

Ecuphar Veterinaria S.L.U.

Avenida Río de Janeiro, 60-66, planta 13

08016 Barcelona España

Tel: + 34 93 5955000

Italia

Ecuphar Italia S.r.l.

Viale Francesco Restelli, 3/7

20124 Milano Italia

Tel: + 39-0282950604


Portugal

Belphar LDA

Sintra Business Park, Nº7, Edifício 1 -

Escritório 2K

Zona Industrial de Abrunheira 2710-089 Sintra

Tel: + 351 308808321

Österreich

Richter Pharma AG Feldgasse 19

A - 4600 Wels

Tel.: +43 7242 490 0


United Kingdom

Zoetis UK Limited

Tel: +44 (0) 845 300 8034

Република България, Ελλάδα, Hrvatska, Malta,

Κύπρος

Orion Corporation

Orionintie 1

Espoo, FI-02200, Finland

Tel: + 358 10 4261


France

TVM France

57 rue des Bardines 63370 LEMPDES

France

Tel: +33 (0)4 73 61 75 76

Ireland

Zoetis Belgium S.A.

Tel: +353 (0) 1 256 9800