Mircera
methoxy polyethylene glycol-epoetin beta
methoxypolyethyleenglycol-epoëtine beta
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts.
Wat is MIRCERA en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Dit geneesmiddel wordt aan u voorgeschreven omdat u anemie heeft die wordt veroorzaakt door een chronische nierziekte. De symptomen die u kunt ervaren zijn vermoeidheid, zwakte en kortademigheid. Dit betekent dat u te weinig rode bloedcellen heeft en uw hemoglobinegehalte te laag is (uw lichaamsweefsels krijgen mogelijk niet genoeg zuurstof).
MIRCERA is alleen geïndiceerd om de symptomatische anemie te behandelen die wordt veroorzaakt door chronische nierziekte. Het gebruik is beperkt tot volwassen patiënten (met een leeftijd van 18 jaar of ouder).
MIRCERA is een geneesmiddel dat geproduceerd wordt door gentechnologie. Net als het natuurlijke hormoon erytropoëtine, verhoogt MIRCERA het aantal rode bloedcellen en het hemoglobinegehalte in uw bloed.
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een hoge bloeddruk, die niet onder controle kan worden gebracht.
De veiligheid en werkzaamheid van de behandeling van andere indicaties met MIRCERA, waaronder
anemie bij patiënten met kanker, zijn niet vastgesteld.
Vóór de behandeling met MIRCERA
Een aandoening die Pure Red Cell Aplasia heet (PRCA, geen of beperkte aanmaak van rode bloedcellen) en wordt veroorzaakt door anti-erytropoëtine antilichamen, is waargenomen bij sommige patiënten die behandeld waren met erytropoëse stimulerende middelen (ESA’s), waaronder MIRCERA.
Wanneer uw arts vermoedt of bevestigt dat deze antilichamen zich in uw bloed bevinden, mag u niet behandeld worden met MIRCERA.
Als u hepatitis C heeft en u interferon en ribavirine toegediend krijgt moet u dit met uw arts bespreken, omdat een combinatie van ESA’s met interferon en ribavirine in zeldzame gevallen geleid heeft tot een verlies van het effect en de ontwikkeling van PRCA, een ernstige vorm van anemie. Het gebruik van ESA’s is niet toegelaten voor de behandeling van anemie veroorzaakt door hepatitis C.
Als u een chronische nierziekte heeft en uw anemie wordt met een ESA behandeld en u tevens kanker heeft, moet u zich ervan bewust zijn dat ESA’s een negatief effect op uw gesteldheid kunnen hebben. Bespreek de opties voor uw anemiebehandeling met uw arts.
Het is niet bekend of MIRCERA een ander effect heeft op patiënten met hemoglobinopathie (stoornissen die gepaard gaan met abnormaal hemoglobine), met bloedingen in het verleden of nu, met toevallen of een verhoogd aantal bloedplaatjes. Wanneer u een van deze aandoeningen heeft, zal uw arts dit met u bespreken en u met voorzichtigheid behandelen.
Gezonde mensen mogen geen MIRCERA gebruiken. Gebruik hiervan kan leiden tot te hoge hemoglobinegehaltes die levensbedreigende problemen kunnen veroorzaken voor hart of bloedvaten.
Gedurende behandeling met MIRCERA
Als u een patiënt bent met chronisch nierfalen, en met name als u niet goed reageert op MIRCERA, zal uw arts uw dosis MIRCERA controleren. Herhaalde verhoging van de dosering van MIRCERA als u niet reageert op de behandeling kan namelijk het risico op het krijgen van problemen met het hart of de bloedvaten en het risico op een hartinfarct, beroerte en overlijden verhogen.
Uw arts kan de behandeling met MIRCERA starten indien uw hemoglobinegehalte 10 g/dl (6,21 mmol/l) of minder is. Na aanvang van de therapie, zal uw arts uw hemoglobinegehalte tussen 10 en 12 g/dl (7,45 mmol/l) proberen te houden.
Uw arts zal het ijzergehalte in uw bloed controleren voor en gedurende de behandeling met MIRCERA. Als het gehalte te laag is, kan uw arts u een aanvullende ijzerbehandeling voorschrijven.
Uw arts zal uw bloeddruk voor en gedurende de behandeling met MIRCERA controleren. Als uw bloeddruk hoog is en niet onder controle te krijgen is door de gepaste geneesmiddelen of een speciaal dieet, zal uw arts uw behandeling met MIRCERA stoppen of de dosering verlagen.
Uw arts zal controleren of uw hemoglobinegehalte niet boven een bepaald niveau komt, omdat een hoog hemoglobinegehalte een risico geeft op problemen aan hart of bloedvaten en het risico op trombose, waaronder longembolie, hartinfarct, beroerte en overlijden kan verhogen.
Neem contact op met uw arts als u zich moe, zwak of kortademig voelt, omdat dit kan betekenen dat uw behandeling met MIRCERA onvoldoende effect heeft. Uw arts zal nagaan of er geen andere oorzaken zijn voor uw anemie en kan bloedtesten uitvoeren of uw beenmerg onderzoeken. Als u PRCA ontwikkeld heeft zal uw behandeling met MIRCERA worden gestopt. U zult geen andere ESA voorgeschreven krijgen en uw arts zal u voor deze aandoening behandelen.
Behandeling met MIRCERA wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar, omdat het gebruik bij deze patiënten niet is onderzocht.
Er zijn ernstige bijwerkingen van de huid zoals stevens-johnsonsyndroom (SJS) en toxische epidermale necrolyse (TEN) gemeld in verband met epoëtinebehandeling.
SJS/TEN kan in eerste instantie verschijnen als rode schietschijfachtige vlekken of ronde plekken, vaak met blaren in het midden op de romp. Ook kunnen er blaren in en rond de mond, keel, neus,
geslachtsdelen en ogen (rode en gezwollen ogen) optreden. Deze ernstige vormen van huiduitslag worden vaak voorafgegaan door koorts en/of griepachtige symptomen. De uitslag kan zich ook
ontwikkelen tot uitgebreide vervelling van de huid en levensbedreigende complicaties.
Stop met gebruik van MIRCERA en neem onmiddellijk contact op met uw arts of roep direct medische hulp in als bij u een ernstige uitslag of een van deze andere huidsymptomen optreedt.
Gebruikt u naast MIRCERA nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker. Er zijn geen interactiestudies uitgevoerd. Er is geen bewijs dat er een interactie
tussen MIRCERA en andere geneesmiddelen is.
Voedsel en drank hebben geen invloed op MIRCERA.
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u geneesmiddelen gebruikt.
Er is geen studie gedaan naar gebruik van MIRCERA bij zwangere vrouwen of vrouwen die borstvoeding geven.
Licht uw arts in wanneer u zwanger bent, denkt zwanger te zijn of zwanger wilt worden. Uw arts zal
overwegen wat voor u de beste behandeling is gedurende uw zwangerschap.
Licht uw arts in als u borstvoeding geeft of wilt gaan geven. Uw arts zal u adviseren of u moet stoppen of door moet gaan met borstvoeding en of u moet stoppen of door moet gaan met uw behandeling.
Er is geen bewijs voor een verminderde vruchtbaarheid aangetoond bij gebruik van MIRCERA bij dieren. Het mogelijke risico voor mensen is niet bekend.
MIRCERA heeft geen invloed op uw rijvaardigheid en het gebruik van machines.
MIRCERA bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, d.w.z. in wezen ‘natriumvrij’.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Uw arts zal de laagst mogelijke werkzame dosis gebruiken om de symptomen van uw anemie onder controle te houden.
Als u niet voldoende reageert op MIRCERA zal uw arts uw dosis controleren en u informeren of uw MIRCERA-dosis aangepast moet worden.
Behandeling met MIRCERA moet worden gestart onder toezicht van een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg.
De volgende injecties kunnen door een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg worden toegediend of u kunt, als u geoefend bent, MIRCERA zelf injecteren (zie instructies aan het eind van deze bijsluiter).
MIRCERA kan geïnjecteerd worden onder de huid in de buik, arm of dij, of in een ader. Uw arts zal beslissen wat het beste voor u is.
Uw arts zal regelmatig bloedtesten laten uitvoeren om te controleren hoe uw anemie reageert op de behandeling door uw hemoglobinegehalte te meten.
Als u niet gedialyseerd wordt, is de aanbevolen aanvangsdosering MIRCERA 1,2 microgram per kg
lichaamsgewicht. De dosis zal eenmaal per maand als één injectie onder de huid worden toegediend. Als alternatief kan uw arts beslissen om een aanvangsdosis MIRCERA van 0,6 microgram per kg
lichaamsgewicht toe te dienen. De dosis zal eenmaal per twee weken worden toegediend als een
enkele injectie onder de huid of in een ader. Zodra uw anemie is gecorrigeerd, kan uw arts uw dosering wijzigen in een toediening eenmaal per maand.
Als u gedialyseerd wordt, is de aanbevolen aanvangsdosering 0,6 microgram per kg lichaamsgewicht.
De dosis zal eenmaal per twee weken worden toegediend als een enkele injectie onder de huid of in een ader. Zodra uw anemie is gecorrigeerd, kan uw arts uw dosering wijzigen in een toediening eenmaal per maand.
Uw arts kan uw dosis verhogen of verlagen of uw behandeling tijdelijk stoppen om uw hemoglobinegehalte aan te passen tot een niveau dat geschikt is voor u. Uw dosering zal niet vaker dan eenmaal per maand worden aangepast.
Uw arts kan uw huidige medicatie vervangen door MIRCERA. Uw arts zal beslissen om u te
behandelen met MIRCERA, toegediend als een injectie eenmaal per maand. Uw arts zal uw MIRCERA aanvangsdosering berekenen op basis van de laatste dosis van uw voorgaande geneesmiddel. De eerste dosis MIRCERA zal worden gegeven op de dag waarop uw voorgaande medicatie zou worden toegediend.
Uw arts kan uw dosis verhogen of verlagen of uw behandeling tijdelijk stoppen om uw hemoglobinegehalte aan te passen tot een niveau dat geschikt is voor u. Uw dosering zal niet vaker dan eenmaal per maand worden aangepast.
Neem contact op met uw arts of apotheker wanneer u een te hoge dosis MIRCERA heeft gebruikt, omdat het nodig kan zijn om een aantal bloedtesten af te nemen en uw behandeling te onderbreken.
Wanneer u een dosis MIRCERA bent vergeten, moet u de gemiste dosis toedienen zodra u dit merkt.
Bespreek met uw arts wanneer u de volgende dosis moet toedienen.
De behandeling met MIRCERA is een behandeling voor de langere termijn. Op advies van uw arts
kan de behandeling echter op elk ogenblik gestopt worden.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.
De frequentie van het voorkomen van de mogelijke bijwerkingen wordt hieronder weergegeven: Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
verhoogde bloeddruk.
Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers):
hoofdpijn
trombose van de vasculaire toegang (bloedstolsels in uw dialysedoorgang)
trombocytopenie
trombose
Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers):
hypertensieve encefalopathie (zeer hoge bloeddruk die kan resulteren in hoofdpijn, vooral plotseling optredende, stekende, migraine-achtige hoofdpijn, verwardheid, spraakstoornissen, toevallen of aanval van bewusteloosheid met spiertrekkingen (convulsie)).
longembolie
maculaire en papillaire uitslag (rode huidreactie mogelijk met puistjes of vlekken)
opvliegers
overgevoeligheid (ernstige allergische reactie die ongebruikelijk piepen of moeilijk ademhalen, gezwollen tong, gezicht of keel of zwelling rond de injectieplaats kan veroorzaken, of kan zorgen voor een licht gevoel in het hoofd, zwakte of ertoe kan leiden dat u flauwvalt). Wanneer deze verschijnselen bij u optreden, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts voor behandeling.
Wanneer u deze verschijnselen krijgt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts voor behandeling.
Tijdens klinische studies hadden patiënten een lichte verlaging van het aantal bloedplaatjes. Er zijn na het op de markt brengen van dit middel meldingen geweest van bloedplaatjesaantallen onder de normale waarde (trombocytopenie).
Overgevoeligheidsreacties, waaronder gevallen van een anafylactische reactie en ernstige bijwerkingen van de huid zoals stevens-johnsonsyndroom en toxische epidermale necrolyse zijn gemeld in verband met epoëtinebehandeling. Deze kunnen verschijnen als rode schietschijfachtige vlekken of ronde plekken, vaak met blaren in het midden op de romp, vervelling van de huid, blaren in en rond de mond, keel, neus, geslachtsdelen en ogen. Ze kunnen voorafgegaan worden door koorts of griepachtige symptomen. Stop met het gebruik van MIRCERA als deze symptomen bij u optreden en neem onmiddellijk contact op met uw arts of roep direct medische hulp in. Zie ook rubriek 2.
Net als bij andere ESA’s zijn gevallen van trombose, waaronder longembolie, gemeld nadat het middel op de markt is gebracht.
Een aandoening die Pure Red Cell Aplasia heet (PRCA, geen of beperkte aanmaak van rode bloedcellen) als gevolg van anti-erytropoëtine antilichamen, is waargenomen bij sommige patiënten die behandeld waren met ESA’s, waaronder MIRCERA.
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V*. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en het etiket op de voorgevulde spuit na ‘EXP’. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2 ºC – 8 ºC). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
U mag uw MIRCERA voorgevulde spuit uit de koelkast halen en bewaren bij kamertemperatuur (niet boven 30 ºC) voor een periode van één maand en slechts eenmalig. Tijdens de periode dat u de spuit
bij een kamertemperatuur van niet meer dan 30 ºC heeft bewaard, mag deze voor gebruik niet meer
terug in de koelkast worden gelegd. Zodra u uw medicatie uit de koelkast heeft gehaald, moet u het binnen deze periode van één maand gebruiken.
Alleen oplossingen die helder, kleurloos tot licht gelig zijn en vrij van zichtbare deeltjes zijn moeten geïnjecteerd worden.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
De werkzame stof in dit middel is methoxypolyethyleenglycol-epoëtine beta. Eén voorgevulde spuit bevat: 30, 40, 50, 60, 75, 100, 120, 150, 200 of 250 microgram in 0,3 ml en
360 microgram in 0,6 ml.
De andere stoffen in dit middel zijn natriumdiwaterstoffosfaat monohydraat, natriumsulfaat, mannitol (E421), methionine, poloxameer 188 en water voor injecties.
MIRCERA is een oplossing voor injectie in voorgevulde spuit.
De oplossing is helder, kleurloos tot licht gelig en vrij van zichtbare deeltjes.
MIRCERA wordt geleverd in voorgevulde injectiespuiten met een grijs gelamineerde plunjer stop en een afsluitdop met één 27G1/2 naald. Iedere voorgevulde spuit bevat 0,3 ml of 0,6 ml oplossing. MIRCERA is voor alle sterktes beschikbaar in verpakkingen van 1 en voor de 30, 50,
75 microgram/0,3 ml sterktes ook in verpakkingen van 3 voorgevulde spuiten. Niet alle verpakkingsgrootten worden op de markt gebracht.
Roche Registration GmbH Emil-Barell-Strasse 1
79639 Grenzach-Wyhlen Duitsland
Roche Pharma AG Emil-Barell-Strasse 1
D-79639 Grenzach-Wyhlen Duitsland
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Roche S.A.
Tél/Tel: +32 (0) 2 525 82 11
UAB “Roche Lietuva” Tel: +370 5 2546799
Рош България ЕООД
Тел: +359 2 818 44 44
(Voir/siehe Belgique/Belgien)
Roche s. r. o.
Tel: +420 - 2 20382111
Roche (Magyarország) Kft. Tel: +36 - 1 279 4500
Roche a/s
Tlf: +45 - 36 39 99 99
(See Ireland)
Roche Pharma AG
Tel: +49 (0) 7624 140
Roche Nederland B.V.
Tel: +31 (0) 348 438050
Roche Eesti OÜ
Tel: + 372 - 6 177 380
Roche Norge AS
Tlf: +47 - 22 78 90 00
Roche (Hellas) A.E.
Τηλ: +30 210 61 66 100
Roche Austria GmbH
Tel: +43 (0) 1 27739
Roche Farma S.A.
Tel: +34 - 91 324 81 00
Roche Polska Sp.z o.o.
Tel: +48 - 22 345 18 88
Roche
Tél: +33 (0) 1 47 61 40 00
Roche Farmacêutica Química, Lda Tel: +351 - 21 425 70 00
Hrvatska
Roche d.o.o.
Tel: +385 1 4722 333
Roche România S.R.L.
Tel: +40 21 206 47 01
Roche Products (Ireland) Ltd. Tel: +353 (0) 1 469 0700
Roche farmacevtska družba d.o.o. Tel: +386 - 1 360 26 00
Roche a/s
c/o Icepharma hf Sími: +354 540 8000
Roche S.p.A.
Tel: +39 - 039 2471
Roche Oy
Puh/Tel: +358 (0) 10 554 500
Γ.Α.Σταμάτης & Σια Λτδ. Τηλ: +357 - 22 76 62 76
Roche AB
Tel: +46 (0) 8 726 1200
Roche Latvija SIA
Tel: +371 – 6 7039831
Roche Products (Ireland) Ltd.
Tel: +44 (0) 1707 366000
Hoe u de MIRCERA voorgevulde spuit gebruikt om uzelf of iemand anders een injectie te geven wordt uitgelegd in onderstaande instructies.
Het is belangrijk dat u deze instructies zorgvuldig leest en opvolgt zodat u de voorgevulde spuit op een juiste en veilige manier kunt gebruiken.
Probeer niet een injectie toe te dienen voordat u zeker weet hoe u de voorgevulde spuit moet gebruiken. Neem contact op met een zorgverlener als u twijfelt.
Volg altijd alle aanwijzingen in deze instructies voor gebruik, aangezien deze kunnen afwijken van uw eigen ervaring. Met deze instructies kunt u onjuiste behandelingen of risico's als prikletsel, vroegtijdige activering van de naaldbeveiliging of problemen met de bevestiging van de naald voorkomen.
Gebruik de MIRCERA voorgevulde spuit alleen als deze medicatie aan u is voorgeschreven.
Lees de verpakking zodat u zeker bent dat u de dosis heeft die door uw arts is voorgeschreven.
Gebruik de voorgevulde spuit niet als de spuit, de doos of het plastic bakje van de spuit beschadigd lijkt te zijn.
Raak de activatiebescherming niet aan (zie Figuur A) omdat dit de spuit kan beschadigen, waardoor deze niet meer te gebruiken is.
Gebruik de voorgevulde spuit niet als de inhoud er troebel of wazig uitziet of deeltjes bevat.
Probeer nooit de spuit uit elkaar te halen.
Nooit de spuit via de zuiger hanteren of aan de zuiger trekken.
Verwijder de beschermhuls niet voordat u klaar bent om de injectie toe te dienen.
Het geneesmiddel in de spuit niet doorslikken.
Nooit de spuit hergebruiken.
Bewaar de spuit tot aan gebruik in de originele verpakking.
Bewaar de spuit altijd in een koelkast bij een temperatuur van 2 - 8°C (35,6 – 46,4°F). Voorkom dat het geneesmiddel bevriest en bescherm het geneesmiddel tegen licht. Houd de spuit droog.
Een voorgevulde spuit met MIRCERA
Een aparte injectienaald.
Zuiger Afscheur-
label Rubber dop
Naald
Beschermhuls
Dopje
Activatiebescherming Naaldbeschermings-
mechanisme
Figuur A
Alcoholdoekjes om schoon te maken | Steriel watje of gaasje | Niet-doorprikbare wegwerpcontainer of |
naaldcontainer voor het veilig | ||
verwijderen van naald en gebruikte | ||
spuit |
Figuur B
Leg alle benodigdheden voor een injectie klaar op een schoon, goed verlicht vlak oppervlak zoals een tafel.
Figuur C
Neem het doosje met de voorgevulde spuit MIRCERA voorzichtig uit de koelkast. Houd de spuit in het doosje om het geneesmiddel te beschermen tegen licht en laat het gedurende minimaal 30 minuten op kamertemperatuur komen (Figuur C).
Als het geneesmiddel niet op kamertemperatuur wordt gebracht kan de injectie onaangenaam zijn en kan het lastig zijn om de zuiger omlaag te drukken.
Verwarm de spuit niet op een
andere manier.
Figuur D
Open het doosje en neem het plastic bakje met de voorgevulde spuit MIRCERA uit het doosje zonder de beschermende folie los te trekken (Figuur D).
Figuur E
Was uw handen zorgvuldig met zeep en warm water of ontsmettingsmiddel (Figuur E).
Trek de beschermende folie van het plastic bakje en pak de verpakte naald en spuit waarbij u de spuit bij het middenstuk vasthoudt zonder dat u de activatiebescherming aanraakt (Figuur F).
Figuur F
De spuit alleen bij het middenstuk vasthouden omdat elk contact met de activatiebescherming het voortijdig loslaten van het naaldbeschermingsmechanisme kan veroorzaken.
Figuur G
Inspecteer de spuit op beschadigingen en controleer de vervaldatum op de spuit en het doosje. Dit is belangrijk om er zeker van te zijn dat de spuit en het geneesmiddel veilig te gebruiken zijn (Figuur G).
Gebruik de spuit niet als:
U per ongeluk de spuit heeft laten vallen.
Een onderdeel van de spuit beschadigd lijkt te zijn.
De inhoud er troebel of wazig
uitziet of deeltjes bevat.
De vervaldatum verlopen is.
Figuur H
Figuur I
Pak de spuit bij het middenstuk vast, houd de rubber dop stevig vast en neem de rubber dop van de spuit (buig en trek) (Figuur H).
Zodra de rubber dop is
verwijderd, gooit u deze onmiddellijk weg in de niet- doorprikbare wegwerpcontainer of naaldcontainer.
Raak de activatiebescherming van het veiligheidsmechanisme niet aan.
Duw niet op de zuiger.
Trek niet aan de zuiger.
Pak met beide handen de verpakte naald stevig vast. Breek de verzegeling van de naald met een draaiende beweging en verwijder het dopje zoals weergegeven op het plaatje (Figuur I). Gooi het dopje onmiddellijk weg in de niet- doorprikbare wegwerpcontainer of naaldcontainer.
Haal hierbij niet de beschermhuls van de naald.
Figuur J
Bevestig de naald aan de spuit door de naald stevig recht op de spuit te drukken en de naald een beetje te draaien (Figuur J).
Figuur K
Houd de spuit stevig bij het middenstuk vast met één hand en trek de beschermhuls er recht af met de andere hand. Doe de beschermhuls in een niet- doorprikbare wegwerpcontainer of naaldcontainer (Figuur K).
Raak de naald na het verwijderen van de beschermhuls niet aan en voorkom dat de naald enig oppervlak aanraakt omdat de naald besmet kan raken en verwonding of pijn kan veroorzaken bij aanraking.
U kunt een druppeltje vloeistof zien aan het einde van de naald. Dit is normaal.
Herbevestig nooit de
beschermhuls na verwijdering.
Figuur L
Om luchtbellen te verwijderen uit de voorgevulde spuit, houd de spuit met de naald omhoog gericht vast. Tik zachtjes tegen de spuit zodat de luchtbellen naar boven komen (Figuur L).
Figuur M
Duw de zuiger langzaam omhoog om alle lucht te verwijderen, zoals uw zorgverlener u heeft laten zien (Figuur M).
Er zijn twee verschillende manieren (routes) om MIRCERA te injecteren. Volg de aanbevelingen van uw zorgverlener over hoe u MIRCERA moet injecteren.
Subcutane (onderhuidse) route:
Als u geadviseerd wordt MIRCERA te injecteren onder uw huid, dien dan de dosis toe zoals hieronder beschreven.
Figuur N
Kies een van de aanbevolen injectieplaatsen zoals te zien is in het plaatje. U kunt MIRCERA injecteren in de bovenarm, de dij of de buik, maar niet in het gebied rond de navel (Figuur N). De achterkant van de bovenarm wordt niet aanbevolen voor zelfinjectie. Gebruik deze injectieplaats alleen als u iemand anders injecteert. Bij het uitkiezen van een injectieplaats:
U moet een andere
injectieplaats gebruiken elke keer dat u een injectie toedient, ten minste 3 centimeter verwijderd van het gebied dat u
de vorige keer gebruikte voor injectie.
Injecteer niet in gebieden die geïrriteerd kunnen raken door een riem of gordel.
Injecteer niet in moedervlekken, littekens, blauwe plekken of gebieden waar de huid gevoelig, rood,
hard of niet intact is.
Figuur O
Reinig de plaats van toediening met een alcoholdoekje om het risico op infectie te verminderen; volg nauwgezet de instructies zoals vermeld voor gebruik van alcoholdoekjes (Figuur O).
Laat de huid voor ongeveer 10 seconden drogen.
Zorg ervoor dat u het schoongemaakte gebied niet aanraakt voorafgaand aan de injectie en het schone gebied
niet droogblaast.
Figuur P
Neem een comfortabele houding aan voordat u een injectie met MIRCERA toedient.
Om er zeker van te zijn dat de naald op een juiste manier onder de huid gestoken wordt, trekt u met uw vrije hand een huidplooi op de schone injectieplaats op. Het samenknijpen van de huid is belangrijk om er zeker van te zijn dat u onder de huid injecteert (in vetweefsel) maar niet dieper (in spierweefsel). Injecteren in een spier kan een onaangenaam gevoel geven (Figuur P).
Breng de naald voorzichtig in de huid in een hoek van 90° met een snelle, “dart-gooiende” beweging. Houd vervolgens de spuit op zijn plaats en laat de samengeknepen huid los.
Beweeg de naald niet terwijl deze in de huid zit.
Figuur Q
Zodra de naald volledig in de huid zit, duwt u de zuiger langzaam in met uw duim terwijl u de spuit met de wijsvinger en de middelvinger vasthoudt bij de vingergrepen tot al het geneesmiddel geïnjecteerd is. De zuiger moet volledig naar beneden worden geduwd (ingedrukt) en u moet een klik horen die aangeeft dat de naaldbeschermer is geactiveerd
(Figuur Q).
Figuur R
Laat de zuiger niet los vóór het einde van de injectie of voordat de zuiger volledig ingedrukt is.
Trek de naald uit de huid
Figuur S
Laat de zuiger los, zodat het naaldbeschermingsmechanisme de naald afschermt (Figuur S).
Figuur T
Nu kan het afscheur-label verwijderd worden indien nodig (Figuur T).
Plaats een steriel watje of gaasje op de plaats van de injectie en druk erop gedurende een aantal seconden.
Als dit nodig is, kunt u de plaats van de injectie bedekken met een klein verbandje.
Doe de spuit na gebruik in een naaldcontainer/niet-doorprikbare wegwerpcontainer.
Probeer niet de beschermhuls weer op de naald te plaatsen.
Gooi de gebruikte spuiten of de naaldcontainer/niet-doorprikbare wegwerpcontainer niet
bij het huishoudelijk afval en hergebruik deze niet.
Voer de volle naaldcontainer/niet-doorprikbare wegwerpcontainer af.
Intraveneuze route:
Als uw zorgverlener u geadviseerd heeft MIRCERA in een ader te injecteren, moet u de hieronder beschreven procedure volgen.
Na bereiding van de spuit zoals beschreven in stap 1 tot 5:
Maak de veneuze poort van de hemodialyseslang schoon met een alcoholdoekje volgens de instructies van de zorgverlener of fabrikant.
Figuur U
Steek de naald van de voorgevulde spuit in de schoongemaakte veneuze poort (Figuur U).
Raak de injectieplaats van de veneuze poort
Figuur V
Druk de zuiger met de duim omlaag terwijl u de spuit met de wijsvinger en de middelvinger bij de vingergrepen vasthoudt tot al het geneesmiddel geïnjecteerd is (Figuur V).
Verwijder de voorgevulde spuit van de veneuze poort ZONDER de zuiger los te laten.
Zodra de spuit is verwijderd, laat de zuiger los, zodat het naaldbeschermingsmechanisme de naald afschermt.
Nu kan het afscheurlabel verwijderd worden indien nodig (Zie figuur T).
Doe de spuit na gebruik in een naaldcontainer/niet-doorprikbare wegwerpcontainer.
Probeer niet de beschermhuls weer op de naald te plaatsen.
Gooi de gebruikte spuiten of de naaldcontainer/niet-doorprikbare wegwerpcontainer
Voer de volle naaldcontainer/niet-doorprikbare wegwerpcontainer af.