Ioa
nomegestrol acetate, estradiol
nomegestrolacetaat/oestradiol
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Bij juist gebruik, behoren deze middelen tot de meest betrouwbare omkeerbare anticonceptiemethoden.
Ze geven een iets hoger risico op een bloedstolsel in de aderen en slagaderen, vooral in het eerste jaar of na het opnieuw beginnen met een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel na een onderbreking van 4 weken of langer.
Wees alert en ga naar uw arts als u denkt dat u mogelijk verschijnselen van een bloedstolsel heeft (zie rubriek 2 ‘Bloedstolsels’).
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Wat is IOA en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Wanneer moet u contact opnemen met uw arts? Bloedstolsels
Kanker
Laboratoriumonderzoeken Kinderen en jongeren tot 18 jaar Gebruikt u nog andere geneesmiddelen? Zwangerschap en borstvoeding
Rijvaardigheid en het gebruik van machines IOA bevat lactose
Hoe gebruikt u dit middel?
Wanneer en hoe moet u de tabletten innemen?
Beginnen met uw eerste verpakking van IOA Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Als u moet overgeven of ernstige diarree heeft Als u uw menstruatie wilt uitstellen
Als u de begindag van uw menstruatie wilt veranderen Als u last heeft van onverwacht bloedverlies
Als er een of meer menstruaties uitblijven Als u stopt met het innemen van dit middel
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
IOA is een anticonceptiepil en wordt gebruikt om zwangerschap te voorkomen.
Alle 24 witte filmomhulde tabletten zijn werkzame tabletten die een kleine hoeveelheid van twee verschillende vrouwelijke hormonen bevatten. Dit zijn nomegestrolacetaat (een progestageen) en oestradiol (een oestrogeen).
De 4 gele tabletten zijn niet-werkzame tabletten die geen hormonen bevatten en placebotabletten worden genoemd.
Anticonceptiepillen die twee verschillende hormonen bevatten, zoals IOA, worden ‘combinatiepillen’ genoemd.
Oestradiol, het oestrogeen in IOA, is identiek aan het hormoon dat tijdens de menstruatiecyclus door uw eierstokken wordt aangemaakt.
Nomegestrolacetaat, het progestageen in IOA, is afkomstig van het hormoon progesteron.
Progesteron wordt tijdens de menstruatiecyclus door uw eierstokken aangemaakt.
Lees voordat u IOA gaat gebruiken de informatie over bloedstolsels (trombose) in rubriek 2. Het is
vooral belangrijk dat u leest wat de verschijnselen van een bloedstolsel zijn – zie rubriek 2 ’Bloedstolsels’.
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Voordat u IOA kunt gaan gebruiken, zal uw arts u vragen stellen over uw gezondheid en die van uw naaste familieleden. De arts zal ook uw bloeddruk meten en, afhankelijk van uw situatie, eventueel nog enkele andere onderzoeken doen.
In deze bijsluiter worden enkele situaties beschreven waarin u moet stoppen met het gebruik van de pil of waarin de betrouwbaarheid van de pil verminderd kan zijn. In dergelijke situaties moet u zich onthouden van geslachtsgemeenschap of een aanvullend voorbehoedmiddel zonder hormonen gebruiken, bijvoorbeeld een condoom of een ander barrièrevoorbehoedmiddel. Maak geen gebruik van de kalender- of temperatuurmethode. Deze methoden kunnen onbetrouwbaar zijn omdat de pil invloed heeft op de normale veranderingen van de lichaamstemperatuur en het baarmoederslijmvlies tijdens de menstruatiecyclus.
U mag dit middel niet gebruiken als u een van de hieronder genoemde aandoeningen heeft. Als u een
van de hieronder genoemde aandoeningen heeft, moet u dat uw arts vertellen. Uw arts zal met u bespreken welk ander voorbehoedmiddel geschikter is voor u.
U heeft een bloedstolsel in een bloedvat van uw benen (diepe veneuze trombose), uw longen (longembolie) of een ander orgaan (of heeft dit ooit gehad).
U weet dat u een stoornis heeft die uw bloedstolling beïnvloedt – bijvoorbeeld proteïne-C- deficiëntie, proteïne-S-deficiëntie, antitrombine-III-deficiëntie, factor V-Leiden of antistoffen tegen fosfolipiden.
U moet geopereerd worden of u kunt gedurende lange tijd niet lopen (zie rubriek ‘Bloedstolsels’).
U heeft ooit een hartaanval of een beroerte gehad.
U heeft angina pectoris (een aandoening die hevige pijn op de borst veroorzaakt en een eerste verschijnsel kan zijn van een hartaanval) of een beroerte of een ‘transient ischaemic attack’
[TIA - voorbijgaande verschijnselen van een beroerte]) of heeft dit ooit gehad.
U heeft een van de volgende ziekten die het risico op een stolsel in uw slagaders verhoogt:
ernstige diabetes met schade aan bloedvaten
een heel hoge bloeddruk
een heel hoge vetconcentratie in het bloed (cholesterol of triglyceriden)
een aandoening die hyperhomocysteïnemie wordt genoemd.
U heeft een vorm van migraine die ‘migraine met aura’ wordt genoemd (of heeft dit ooit gehad).
U heeft een ontsteking van de alvleesklier (pancreatitis) of heeft dit ooit gehad, samengaand met hoge vetconcentraties in het bloed.
U heeft een ernstige leveraandoening of heeft dit ooit gehad en uw lever werkt nog niet naar
behoren.
U heeft een goed- of kwaadaardig gezwel (tumor) in de lever of heeft dit ooit gehad.
U heeft (mogelijk) borstkanker of kanker van de geslachtsorganen of heeft dit ooit gehad.
U verliest bloed uit de vagina zonder aanwijsbare oorzaak.
U bent allergisch voor oestradiol of nomegestrolacetaat, of voor één van de andere stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
Als een van deze aandoeningen voor het eerst optreedt tijdens het gebruik van IOA, stop dan onmiddellijk met het innemen en vertel het uw arts. Gebruik in de tussentijd een voorbehoedmiddel zonder hormonen. Zie ook ‘Algemene opmerkingen’ in rubriek 2 hierboven.
Wanneer moet u contact opnemen met uw arts?
Zoek spoedeisende medische zorg
als u mogelijke verschijnselen opmerkt van een bloedstolsel die kunnen betekenen dat u een bloedstolsel in het been heeft (d.w.z. diepe veneuze trombose), een bloedstolsel in de longen
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
(d.w.z. longembolie), een hartaanval of een beroerte (zie rubriek ‘Bloedstolsels’ hieronder). Zie voor een beschrijving van de verschijnselen van deze ernstige bijwerkingen ‘Hoe herkent u een bloedstolsel’
als u veranderingen opmerkt in uw eigen gezondheid, vooral met betrekking tot de punten die in deze bijsluiter worden genoemd (zie ook rubriek 2 ‘Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?’; vergeet niet de veranderingen in de gezondheid van uw naaste familieleden)
als u een knobbeltje in uw borst voelt
als u verschijnselen van angio-oedeem krijgt, zoals een opgezwollen gezicht, tong en/of keel en/of slikproblemen of netelroos (galbulten) die samengaan met moeite met ademen
als u andere geneesmiddelen gaat gebruiken (zie ook rubriek 2 ‘Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?’)
als u langere tijd niet kunt lopen/bedrust moet houden of een operatie moet ondergaan (vertel dit uw arts ten minste vier weken van tevoren)
als u last krijgt van ongebruikelijk, hevig vaginaal bloedverlies
als u in de eerste week van de doordrukstrip twee of meer tabletten bent vergeten en geslachtsgemeenschap heeft gehad in de zeven dagen daarvoor (zie ook rubriek 3 ‘Bent u vergeten dit middel in te nemen?’)
als u ernstige diarree heeft
als er menstruaties uitblijven en u vermoedt dat u zwanger bent (begin pas met de volgende doordrukstrip na toestemming van uw arts, zie ook rubriek 3 ‘Als er een of meer menstruaties uitblijven’).
Als de situatie ontstaat of verergert tijdens het gebruik van IOA, moet u ook contact opnemen met uw arts.
U heeft erfelijk angio-oedeem. Raadpleeg direct uw arts als u verschijnselen krijgt van angio- oedeem zoals zwelling van het gezicht, de tong en/of keel en/of slikproblemen of netelroos, samen met moeite met ademen. Producten die oestrogenen bevatten kunnen verschijnselen van angio-oedeem opwekken of verergeren.
Een naast familielid heeft borstkanker of heeft dit ooit gehad.
U heeft epilepsie (zie rubriek 2 ‘Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?’).
U heeft een aandoening van de lever (bijvoorbeeld geelzucht) of van de galblaas (bijvoorbeeld galstenen).
U heeft diabetes.
U lijdt aan depressie.
U heeft de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa (chronische inflammatoire darmziekten).
U heeft systemische lupus erythematosus - een aandoening die uw natuurlijke afweersysteem aantast).
U heeft hemolytisch-uremisch syndroom - een bloedstollingsstoornis die nierfalen veroorzaakt).
U heeft sikkelcelanemie (een erfelijke ziekte van de rode bloedcellen).
U heeft een verhoogde concentratie vet in het bloed (hypertriglyceridemie) of deze aandoening komt bij u in de familie voor. Hypertriglyceridemie is in verband gebracht met een hoger risico om pancreatitis (ontsteking van de alvleesklier) te krijgen.
U moet geopereerd worden of langere tijd bedrust houden/niet lopen (zie ‘Bloedstolsels’ in rubriek 2).
U bent zojuist bevallen; u heeft dan een hoger risico op bloedstolsels. Vraag uw arts hoe snel na de bevalling u met IOA kunt starten.
U heeft een ontsteking van de aderen onder de huid (oppervlakkige tromboflebitis).
U heeft spataderen.
U heeft een aandoening die voor het eerst optrad of verergerde tijdens de zwangerschap of eerder gebruik van geslachtshormonen (bijvoorbeeld gehoorverlies, porfyrie [een bloedaandoening], herpes gestationis [huiduitslag met blaasjes tijdens de zwangerschap], chorea van Sydenham [een zenuwaandoening waarbij plotselinge bewegingen van het lichaam optreden]). (Zie ook rubriek 2 ‘Wanneer moet u contact opnemen met uw arts?’).
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
U heeft chloasma (geelbruine pigmentvlekken, vooral in het gezicht, ook wel ‘zwangerschapsmasker’ genoemd) of heeft dit ooit gehad. Vermijd in dat geval overmatige blootstelling aan zonlicht of ultraviolet licht.
Als u een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel zoals IOA gebruikt, heeft u een hoger risico op de vorming van een bloedstolsel vergeleken met als u dat niet gebruikt. In zeldzame gevallen kan een bloedstolsel bloedvaten afsluiten en ernstige problemen veroorzaken.
Bloedstolsels kunnen ontstaan
in aderen (‘veneuze trombose’, ‘veneuze trombo-embolie’ of VTE genoemd)
in de slagaderen (‘arteriële trombose’, ‘arteriële trombo-embolie’ of ATE genoemd).
Soms herstelt men niet volledig van bloedstolsels. In zeldzame gevallen kunnen er ernstige blijvende gevolgen zijn, of in zeer zeldzame gevallen kunnen bloedstolsels fataal zijn.
Zoek spoedeisende medische hulp als u een van de volgende klachten of verschijnselen opmerkt.
Krijg u een van de volgende verschijnselen? | Waar lijdt u mogelijk aan? |
Diepe veneuze trombose |
zwelling van een been of langs een ader in het been of de voet, vooral als dit samen gaat met:
pijn of gevoeligheid in het been die mogelijk alleen gevoeld wordt bij het staan of lopen
hogere temperatuur van het aangedane been
Als u het niet zeker weet, overleg dan met uw arts omdat sommige van deze verschijnselen zoals hoesten of kortademigheid ten onrechte opgevat kunnen worden als een lichtere aandoening zoals een luchtweginfectie (bijvoorbeeld een ‘verkoudheid’). | Longembolie |
Verschijnselen die meestal in één oog optreden: | Trombose in retinale ader (bloedstolsel in het oog) |
Hartaanval | |
Soms kunnen de verschijnselen van een beroerte kort zijn met bijna direct en volledig herstel, maar toch moet u spoedeisende medische zorg zoeken omdat er mogelijk nog een beroerte kan optreden. | Beroerte |
Bloedstolsels blokkeren andere bloedvaten |
kleurverandering van de huid van het been, bijvoorbeeld bleek, rood of blauw worden
plotselinge onverklaarde kortademigheid of snel ademen
plotseling hoesten zonder duidelijke oorzaak, waarbij u mogelijk bloed ophoest
scherpe pijn op de borst die bij diep ademen erger kan worden
zeer licht gevoel in het hoofd of ernstige duizeligheid
snelle of onregelmatige hartslag
ernstige pijn in uw maag
plotseling verlies van gezichtsvermogen of
pijnloos wazig zien. Dit kan verergeren tot verlies van gezichtsvermogen
pijn, ongemak, druk of zwaar gevoel op de borst
beklemd of vol gevoel in de borst, arm of onder het borstbeen
gevoel van vol zijn, spijsverteringsstoornis, of gevoel van stikken
ongemak in het bovenlichaam dat uitstraalt naar de rug, kaak, keel, arm en maag
zweten, misselijkheid, overgeven of duizeligheid
extreme zwakte, angst or kortademigheid
snelle of onregelmatige hartslag
plotselinge zwakte of gevoelloosheid in het gezicht, arm of been, vooral aan één kant van het lichaam
plotselinge verwardheid, moeite met praten of begrijpen
plotseling moeite met zien in één of beide ogen
plotseling moeite met lopen, duizeligheid, verlies van evenwicht of coördinatie
plotselinge, ernstige of langdurige hoofdpijn zonder bekende oorzaak
bewustzijnsverlies of flauwvallen met of zonder toevallen.
zwelling en lichte blauwe verkleuring van een arm of been
ernstige pijn in uw maag (acute buikabdomen).
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Het gebruik van gecombineerde hormonale anticonceptiemiddelen is in verband gebracht met een hoger risico op bloedstolsels in een ader (veneuze trombose). Deze bijwerkingen komen echter zelden voor. Ze treden het meeste op in het eerste jaar van het gebruik van een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel.
Als een bloedstolsel in een ader in het been of de voet ontstaat, kan dit diepe veneuze trombose (DVT) veroorzaken.
Als een bloedstolsel loskomt uit het been en in de long terechtkomt, kan dit een longembolie veroorzaken.
In zeer zeldzame gevallen kan er een bloedstolsel in een ader in een ander orgaan komen, zoals het oog (trombose van de retinale ader).
Het risico op een bloedstolsel in een ader is het hoogst tijdens het eerste jaar van het eerste gebruik van een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel. Het risico kan ook hoger zijn als u na een
onderbreking van 4 weken of langer, opnieuw begint met het gebruik van een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel (hetzelfde product of een ander product).
Na het eerste jaar wordt het risico kleiner, maar het blijft iets hoger dan wanneer u geen gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruikt.
Als u met IOA stopt, is uw risico op een bloedstolsel binnen een paar weken weer normaal.
Het risico hangt af van uw natuurlijke risico op VTE en het type gecombineerd hormonaal
anticonceptiemiddel dat u gebruikt.
Het algehele risico op een bloedstolsel in een been of de long (diepe veneuze trombose of longembolie) met IOA is klein.
Van de 10.000 vrouwen die geen gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruiken en die niet zwanger zijn, zullen ongeveer 2 vrouwen binnen een jaar een bloedstolsel krijgen.
Van de 10.000 vrouwen die een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruiken waar levonorgestrel, norethisteron of norgestimaat in zit, zullen ongeveer 5-7 vrouwen binnen een jaar een bloedstolsel krijgen.
Het is nog niet bekend hoe het risico op een bloedstolsel met IOA zich verhoudt tot het risico met een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel dat levonorgestrel bevat.
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Het risico op een bloedstolsel zal variëren afhankelijk van uw persoonlijke medische geschiedenis (zie hieronder ‘Factoren die uw risico op een bloedstolsel verhogen’).
Risico op een bloedstolsel in een jaar | |
Vrouwen die geen gecombineerde hormoonpil gebruiken en niet zwanger zijn | Ongeveer 2 op de 10.000 vrouwen |
Vrouwen die een gecombineerde hormonale anticonceptiepil gebruiken die levonorgestrel, norethisteron of norgestimaat bevat | Ongeveer 5-7 op de 10.000 vrouwen |
Vrouwen die IOA gebruiken | Nog niet bekend |
Het risico op een bloedstolsel met IOA is klein maar sommige aandoeningen verhogen dat risico. Uw
risico is hoger:
als u veel te zwaar bent (body mass index of BMI meer dan 30 kg/m2)
als een van uw naaste familieleden op jonge leeftijd (bijv. jonger dan 50 jaar) een bloedstolsel in een been, long of ander orgaan heeft gehad. In dat geval zou u een erfelijke aandoening van de bloedstolling kunnen hebben
als u geopereerd moet worden, of als u langere tijd niet kunt lopen/bedrust moet houden vanwege letsel of ziekte, of als uw been in het gips zit. Het kan zijn dat het gebruik van IOA een paar weken voor de operatie of terwijl u bedrust houdt/langere tijd niet kunt lopen, moet worden gestopt. Als u met IOA moet stoppen, vraag uw arts dan wanneer u weer kan beginnen
als u ouder wordt (vooral ouder dan 35 jaar)
als u in de afgelopen paar weken bevallen bent.
Het risico op een bloedstolsel neemt toe naarmate u meer aandoeningen heeft.
Vliegen (> 4 uur) kan tijdelijk uw risico op een bloedstolsel verhogen, vooral als u één van de andere genoemde factoren heeft.
Als één van deze situaties op u van toepassing is, is het belangrijk om dat uw arts te vertellen, zelfs als u het niet zeker weet. Uw arts kan besluiten dat u moet stoppen met het gebruik van IOA.
Als een van de bovenstaande situaties verandert terwijl u IOA gebruikt, bijvoorbeeld een van uw naaste familieleden krijgt trombose zonder een bekende oorzaak of u wordt veel zwaarder, vertel dat dan uw arts.
Net als een bloedstolsel in een ader kan een bloedstolsel in een slagader ernstige gevolgen hebben. Het
kan bijvoorbeeld een hartaanval of een beroerte veroorzaken.
Het is belangrijk om op te merken dat het risico op een hartaanval of beroerte door gebruik van IOA zeer klein is maar kan toenemen:
met toenemende leeftijd (boven ongeveer 35 jaar)
als u lijdt aan overgewicht
als u een hoge bloeddruk heeft
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
als een van uw naaste familieleden op jonge leeftijd (jonger dan 50 jaar) een hartaanval of beroerte heeft gehad. In dat geval zou u ook een verhoogd risico op een hartaanval of beroerte kunnen hebben
als u of een van uw naaste familieleden een hoge vetconcentratie in het bloed heeft (cholesterol of triglyceriden)
als u last heeft van migraine-aanvallen, vooral migraine met aura
als u hartproblemen heeft (hartklepaandoening, of een hartritmestoornis die atriumfibrilleren wordt genoemd)
als u suikerziekte (diabetes) heeft.
Als een of meer van deze situaties op u van toepassing zijn of als een ervan bijzonder ernstig is, kan het risico op een bloedstolsel zelfs nog toegenomen zijn.
Als een van de bovenstaande situaties verandert terwijl u IOA gebruikt, bijvoorbeeld u gaat roken, een
van uw naaste familieleden krijgt trombose zonder een bekende oorzaak of u wordt veel zwaarder, vertel dat dan uw arts.
Kanker
Bij vrouwen die combinatiepillen gebruiken wordt iets vaker borstkanker geconstateerd, maar het is niet bekend of dit wordt veroorzaakt door de combinatiepillen. Het kan bijvoorbeeld ook zijn dat er bij
vrouwen die een combinatiepil gebruiken vaker een tumor wordt ontdekt omdat zij vaker door een arts
worden onderzocht. Na stoppen met een combinatiepil neemt het verhoogde risico geleidelijk af. Het is belangrijk om zelf regelmatig uw borsten te onderzoeken. Neem contact op met uw arts als u
een knobbeltje voelt. Ook als een van uw naaste familieleden borstkanker heeft of ooit heeft gehad,
moet u dit aan uw arts vertellen (zie rubriek 2 ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?’).
In zeldzame gevallen is bij pilgebruiksters melding gemaakt van goedaardige levertumoren en in nog minder gevallen van kwaadaardige levertumoren. Neem contact op met uw arts als u ongewone en hevige buikpijn krijgt.
Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door een infectie met het humaan papillomavirus (HPV). Er is vastgesteld dat baarmoederhalskanker vaker optreedt bij vrouwen die de pil (hormonaal voorbehoedmiddel) langdurig gebruiken. Het is niet bekend of deze bevinding te wijten is aan het pilgebruik of aan andere factoren, zoals een verschil in seksueel gedrag.
Laboratoriumonderzoeken
Als er bij u bloed- of urineonderzoek verricht moet worden, vertel uw arts dan dat u IOA gebruikt, omdat dit de uitslag van sommige testen kan beïnvloeden.
De veiligheid en werkzaamheid van IOA bij jongeren onder de 18 jaar zijn niet vastgesteld.
Gebruikt u naast IOA nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts of apotheker. Dat geldt ook voor geneesmiddelen waar u geen voorschrift voor nodig heeft en kruidenpreparaten.
Vertel ook aan iedere andere arts of tandarts die u een ander geneesmiddel voorschrijft (of aan de
apotheker die het geneesmiddel verstrekt) dat u IOA gebruikt. Zij kunnen u vertellen of het nodig is om een extra voorbehoedmiddel (een barrièrevoorbehoedmiddel) te gebruiken en zo ja, hoe lang.
Er zijn geneesmiddelen die de bescherming van IOA tegen zwangerschap kunnen verminderen of onverwacht bloedverlies kunnen veroorzaken. Dit zijn onder andere geneesmiddelen voor de behandeling van:
epilepsie (bijvoorbeeld primidon, fenytoïne, fenobarbital, carbamazepine, oxcarbazepine, topiramaat en felbamaat)
tuberculose (bijvoorbeeld rifampicine)
hiv-infecties (bijvoorbeeld ritonavir en nevirapine, nelfinavir, efavirenz)
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
andere infectieziekten (bijvoorbeeld griseofulvine)
hoge bloeddruk in de bloedvaten in de longen (bosentan).
Ook het kruidenmiddel sint-janskruid kan ervoor zorgen dat IOA niet meer goed werkt.
Raadpleeg eerst uw arts als u tijdens het gebruik van IOA kruidenpreparaten wilt gebruiken die sint-janskruid bevatten.
Sommige geneesmiddelen kunnen de concentratie van de werkzame stoffen van IOA in het bloed verhogen. De pil blijft werkzaam, maar vertel het aan uw arts als u schimmeldodende middelen gebruikt die ketoconazol bevatten.
IOA kan ook de werking van andere geneesmiddelen belemmeren - zoals lamotrigine (een geneesmiddel tegen epilepsie).
IOA mag niet worden gebruikt door vrouwen die zwanger zijn of die denken zwanger te zijn. Als u zwanger wordt tijdens het gebruik van IOA, moet u onmiddellijk stoppen met het innemen ervan en
contact opnemen met uw arts.
Als u wilt stoppen met IOA vanwege een kinderwens, lees dan rubriek 3 ‘Als u stopt met het innemen van dit middel’.
Het gebruik van IOA wordt in de regel niet aangeraden als een vrouw borstvoeding geeft. Vraag uw arts om advies als u de pil wilt gebruiken tijdens de borstvoedingsperiode.
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u geneesmiddelen gebruikt.
Het is niet waarschijnlijk dat IOA uw rijvaardigheid of het vermogen om machines te gebruiken beïnvloedt.
IOA bevat lactose. Als uw arts u heeft gezegd dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact
op met uw arts voordat u IOA gaat gebruiken.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Eén doordrukstrip van IOA bevat 28 tabletten: 24 witte tabletten met de werkzame stoffen (nummers 1-24) en 4 gele tabletten zonder werkzame stoffen (nummers 25-28).
Elke keer dat u met een nieuwe doordrukstrip van IOA begint, begint u met de eerste witte werkzame tablet in de linkerbovenhoek (zie ‘Start’). Kies uit de 7 weekstickers de sticker in de grijze kolom die begint met uw startdag. Als u bijvoorbeeld op een woensdag start, gebruik dan de weeksticker die
begint met ‘WO’. Plak de sticker op de doordrukstrip in het kader met de tekst ‘Plaats weeksticker hier’, vlak boven de rij met witte werkzame tabletten. Zo kunt u controleren of u uw dagelijkse tablet
heeft ingenomen.
Neem één tablet elke dag rond dezelfde tijd in, zo nodig met wat water.
Volg daarbij de richting van de pijlen op de doordrukstrip. Gebruik dus eerst de witte werkzame tabletten en dan de gele placebotabletten.
U zult een menstruatiebloeding krijgen in de 4 dagen dat u de gele placebotabletten slikt (de
zogenoemde onttrekkingsbloeding). Een onttrekkingsbloeding begint meestal op de tweede tot derde dag na inname van de laatste witte werkzame tablet. Het kan voorkomen dat de onttrekkingsbloeding nog niet gestopt is voordat u met de volgende doordrukstrip start.
Ga na de laatste gele tablet direct verder met de volgende doordrukstrip, ook als uw menstruatie nog niet voorbij is. Dit betekent dat u altijd op dezelfde dag van de week met een nieuwe doordrukstrip
begint en dus ook dat uw menstruatie elke maand op ongeveer dezelfde dagen valt.
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Bij sommige gebruiksters blijft de menstruatie soms uit tijdens het innemen van de gele tabletten. Als u IOA elke dag volgens de aanwijzingen heeft ingenomen, is het onwaarschijnlijk dat u zwanger bent
(zie ook rubriek 3 ‘Als er een of meer menstruaties uitblijven’).
Beginnen met uw eerste verpakking van IOA
Als u in de voorgaande maand geen hormonaal voorbehoedmiddel heeft gebruikt Begin met het innemen van IOA op dag 1 van uw cyclus (d.w.z. de eerste dag van uw
menstruatiebloeding). IOA is direct werkzaam. U hoeft geen aanvullend voorbehoedmiddel te
gebruiken.
Als u overschakelt van een ander gecombineerd hormonaal anticonceptivum (combinatiepil, vaginale ring of pleister)
U kunt met IOA beginnen op de dag nadat u de laatste tablet van uw huidige doordrukstrip heeft
ingenomen (dit houdt in dat er geen tabletvrije periode is). Als uw huidige doordrukstrip ook niet- werkzame tabletten (placebotabletten) bevat, kunt u met IOA beginnen op de dag nadat u de laatste werkzame tablet heeft ingenomen (als u niet zeker weet welke tablet dat is, raadpleeg dan uw arts of apotheker). U kunt ook later beginnen, maar uiterlijk op de dag na de gebruikelijke tabletvrije periode van uw huidige pil (of de dag na de laatste niet-werkzame tablet van uw huidige pil). Als u een vaginale ring of pleister gebruikt, begint u bij voorkeur met IOA op de dag dat u de ring of pleister verwijdert. U kunt ook later beginnen, maar uiterlijk op de dag dat u de volgende ring of pleister zou plaatsen.
Als u deze aanwijzingen opvolgt, hoeft u geen aanvullend voorbehoedmiddel te gebruiken.
Als u overschakelt van een pil die alleen progestageen bevat (minipil)
U mag op elke willekeurige dag stoppen met de minipil en de volgende dag verdergaan met IOA. Als u geslachtsgemeenschap heeft, moet u echter gedurende de eerste 7 dagen dat u IOA inneemt wel een
aanvullend barrièrevoorbehoedmiddel gebruiken.
Als u overschakelt van een prikpil of implantaat met alleen progestageen of van een hormoonspiraal (IUD)
Begin met het gebruik van IOA op de dag waarop de volgende injectie zou moeten worden gegeven of
op de dag dat uw implantaat of IUD is verwijderd. Als u geslachtsgemeenschap heeft, moet u gedurende de eerste 7 dagen dat u IOA inneemt wel een aanvullend barrièrevoorbehoedmiddel gebruiken.
Na een bevalling
Als u bent bevallen, kunt u 21 tot 28 dagen later met IOA beginnen. Begint u later dan dag 28, dan moet u gedurende de eerste 7 dagen dat u IOA inneemt een aanvullend barrièrevoorbehoedmiddel gebruiken. Als u na de bevalling geslachtsgemeenschap heeft gehad voordat u met IOA bent begonnen, moet u eerst zeker weten dat u niet zwanger bent of wachten tot de volgende menstruatie. Als u na een bevalling met IOA wilt beginnen, maar ook borstvoeding geeft, lees dan rubriek 2 ‘Zwangerschap en borstvoeding’.
Raadpleeg uw arts als u niet zeker weet wanneer u kunt beginnen.
Na een miskraam of abortus Volg het advies van uw arts op.
Er zijn geen meldingen van ernstige schadelijke effecten als gevolg van het innemen van te veel tabletten IOA in één keer. Als u een paar tabletten tegelijk heeft ingenomen, kunt u misselijk worden, overgeven of last krijgen van vaginaal bloedverlies. Raadpleeg uw arts als u ontdekt dat een kind IOA
heeft ingenomen.
Het volgende advies geldt alleen als er witte werkzame tabletten vergeten zijn.
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Als u een tablet minder dan 12 uur te laat inneemt, is de betrouwbaarheid van de pil niet afgenomen. Neem de tablet in zodra u eraan denkt en neem de volgende tabletten weer op het gebruikelijke tijdstip in.
Als u een tablet meer dan 12 uur te laat inneemt, kan de betrouwbaarheid van de pil verminderd zijn. Hoe meer opeenvolgende tabletten u bent vergeten, hoe hoger het risico dat de werkzaamheid afgenomen is. Het risico om zwanger te worden is sterker verhoogd als u witte werkzame tabletten vergeet aan het begin of aan het einde van de doordrukstrip. Volg daarom de onderstaande regels.
Dag 1-7 van de inname van witte werkzame tabletten (zie afbeelding en schema)
Neem de laatste vergeten witte werkzame tablet in zodra u eraan denkt (zelfs als dit betekent dat u twee tabletten tegelijkertijd moet innemen) en neem de volgende tablet weer op het gebruikelijke
tijdstip in. Gebruik de volgende 7 dagen echter een aanvullend barrièrevoorbehoedmiddel als extra
voorzorgsmaatregel.
Als u geslachtsgemeenschap heeft gehad in de week voordat u de tabletten vergat, bestaat de mogelijkheid dat u zwanger raakt. Neem daarom direct contact op met uw arts.
Dag 8-17 van de inname van witte werkzame tabletten (zie afbeelding en schema)
Neem de laatste vergeten tablet in zodra u eraan denkt (zelfs als dit betekent dat u twee tabletten tegelijkertijd moet innemen) en neem de volgende tabletten weer op het gebruikelijke tijdstip in. De betrouwbaarheid van de pil is niet afgenomen en u hoeft geen aanvullend voorbehoedmiddel te gebruiken. Als u echter meer dan één tablet vergeten bent, moet u de volgende 7 dagen een aanvullend voorbehoedmiddel gebruiken.
Dag 18-24 van de inname van witte werkzame tabletten (zie afbeelding en schema)
Het risico om zwanger te worden is sterker verhoogd als u witte werkzame tabletten vergeet wanneer u bijna aan de gele placebotabletten toe bent. U kunt dit hogere risico nog vermijden door uw
innameschema aan te passen.
Er zijn twee opties: Optie 1)
Neem de laatste vergeten witte werkzame tablet in zodra u eraan denkt (zelfs als dit betekent dat u twee tabletten tegelijkertijd moet innemen) en neem de volgende tabletten weer op het gebruikelijke tijdstip in. Begin met de volgende doordrukstrip zodra de witte werkzame tabletten van de huidige doordrukstrip opgebruikt zijn. Sla de gele placebotabletten dus over. U zult waarschijnlijk pas ongesteld worden wanneer u de gele placebotabletten aan het eind van de tweede doordrukstrip inneemt, maar in de periode dat u de witte werkzame tabletten inneemt, kunt u last krijgen van spotting (bloeddruppels of –vlekjes) of doorbraakbloedingen.
Optie 2)
Stop meteen met het innemen van de witte werkzame tabletten en begin direct met de gele placebotabletten. Als de gele placebotabletten op zijn, begint u met de volgende doordrukstrip.
Als u zich niet kunt herinneren hoeveel witte werkzame tabletten u bent vergeten, volg dan de eerste optie, gebruik dan de volgende 7 dagen een aanvullend barrièrevoorbehoedmiddel en neem contact op met uw arts.
Als u witte werkzame tabletten van een doordrukstrip bent vergeten in te nemen en de verwachte maandelijkse bloeding uitblijft in de dagen dat u de gele placebotabletten van dezelfde doordrukstrip
inneemt, kun u zwanger zijn. Raadpleeg uw arts voordat u met de volgende doordrukstrip begint.
Gele placebotabletten vergeten
De laatste 4 gele tabletten in de vierde rij zijn placebotabletten en bevatten geen werkzame stoffen. Als u een van deze tabletten bent vergeten in te nemen, is de betrouwbaarheid van IOA niet
afgenomen. Gooi de gele placebotablet(ten) die u bent vergeten weg en neem de volgende tabletten
weer op het gebruikelijke tijdstip in.
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Afbeelding
Schema: als u witte tabletten meer dan 12 uur te laat heeft ingenomen
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Als u binnen 3 tot 4 uur na inname van een witte werkzame tablet overgeeft, of als u ernstige diarree heeft, is er een kans dat de werkzame stoffen uit de IOA tablet niet volledig in uw lichaam zijn opgenomen. De situatie is vergelijkbaar met het vergeten van een witte werkzame tablet. Na
overgeven of diarree, moet u zo snel mogelijk nog een witte werkzame tablet van een reserve doordrukstrip innemen, indien mogelijk binnen 12 uur na het gebruikelijke tijdstip waarop u de pil
inneemt. Als dit niet mogelijk is, of als de 12 uur voorbij zijn, moet u het advies opvolgen onder ‘Bent u vergeten dit middel in te nemen?’. Als u ernstige diarree heeft, vertel dit dan aan uw arts.
De gele tabletten zijn placebotabletten waar geen werkzame stoffen in zitten. Als u overgeeft of
ernstige diarree heeft binnen 3 tot 4 uur na inname van een gele tablet, is de betrouwbaarheid van IOA niet afgenomen.
U kunt uw menstruatie uitstellen door niet de gele placebotabletten in te nemen en direct door te gaan
met een nieuwe doordrukstrip van IOA. U kunt last krijgen van een lichte of menstruatie-achtige bloeding in de periode dat u deze tweede doordrukstrip gebruikt. Wanneer u wilt dat uw menstruatie begint tijdens de tweede doordrukstrip, stopt u met het innemen van de witte werkzame tabletten en begint u met het innemen van de gele placebotabletten. Nadat u de 4 gele placebotabletten van de tweede doordrukstrip hebt opgemaakt, begint u met de volgende (derde) doordrukstrip.
Als u de tabletten volgens voorschrift inneemt, dan begint uw menstruatie tijdens de placebodagen. Als u deze dag moet veranderen, maak het aantal placebodagen (dagen dat u de gele placebotabletten inneemt) dan minder, maar maak dit aantal nooit hoger: 4 is het maximum. Bijvoorbeeld, als u op
vrijdag met de placebotabletten begint en u wilt dit naar dinsdag veranderen (3 dagen eerder), dan moet u 3 dagen eerder dan gebruikelijk met een nieuwe doordrukstrip beginnen. Het kan zijn dat u
geen bloeding heeft tijdens deze kortere periode dat u de gele placebotabletten gebruikt. Terwijl u de volgende doordrukstrip gebruikt kunt u wel last krijgen van spotting (bloeddruppels of -vlekjes) of
doorbraakbloedingen in de periode dat u de witte werkzame tabletten gebruikt.
Als u niet zeker weet wat u moet doen, overleg dan met uw arts.
Bij alle combinatiepillen kan zich tussentijds onregelmatig vaginaal bloedverlies (spotting of
doorbraakbloedingen) voordoen tijdens de eerste gebruiksmaanden. Gebruik zo nodig een inlegkruisje,
maar blijf uw tabletten volgens schema innemen. Dit onregelmatige vaginale bloedverlies houdt in de regel vanzelf op wanneer uw lichaam zich op de pil heeft ingesteld (meestal na ongeveer 3 maanden). Als u last houdt van tussentijds bloedverlies, als het bloedverlies heviger wordt of als het na enige tijd opnieuw begint, neem dan contact op met uw arts.
Uit klinisch onderzoek met IOA is gebleken dat de gebruikelijke maandelijkse bloeding na dag 24
soms uitblijft.
Als u alle tabletten volgens voorschrift heeft ingenomen en als u niet heeft overgegeven, geen ernstige diarree heeft gehad of andere geneesmiddelen heeft gebruikt, is het zeer onwaarschijnlijk dat u zwanger bent. Blijf IOA volgens schema innemen. Zie ook rubriek 3 ‘Als u moet overgeven of ernstige diarree heeft’ of rubriek 2 ‘Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?’.
Als u niet alle tabletten volgens voorschrift heeft ingenomen of als de verwachte bloeding twee keer achter elkaar uitblijft, kunt u zwanger zijn. Neem direct contact op met uw arts. Begin niet met de volgende doordrukstrip van IOA voordat uw arts heeft vastgesteld dat u niet zwanger bent.
U mag op elke willekeurige dag stoppen met het innemen van IOA. Als u niet zwanger wilt worden,
vraag uw arts dan eerst om advies over andere anticonceptiemethoden.
Als u wilt stoppen met IOA vanwege een kinderwens, wordt aangeraden om te wachten totdat u een natuurlijke menstruatie heeft gehad voordat u probeert om zwanger te worden. Dit zal het
gemakkelijker voor u maken om de uitgerekende datum vast te stellen.
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken. Als u een bijwerking krijgt, vooral als deze ernstig is of lang aanhoudt, of als er een verandering komt in uw gezondheid waarvan u denkt dat dit door IOA komt, neem dan contact op met uw arts.
Alle vrouwen die gecombineerde hormonale anticonceptiemiddelen gebruiken hebben een hoger risico op bloedstolsels in de aderen (veneuze trombo-embolie (VTE)) of bloedstolsels in de slagaderen (arteriële trombo-embolie (ATE)). Zie voor meer informatie over de verschillende risico’s van het gebruik van gecombineerde hormonale anticonceptiemiddelen rubriek 2, ‘Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?’.
De onderstaande bijwerkingen zijn in verband gebracht met het gebruik van IOA:
acne
menstruatieveranderingen (bijvoorbeeld het uitblijven van de menstruatie of onregelmatige menstruatie)
minder zin in seks; depressie/neerslachtige stemming; stemmingsveranderingen
hoofdpijn of migraine
misselijkheid
zware menstruatie; pijnlijke borsten; pijn in de onderbuik
gewichtstoename
toegenomen eetlust, vochtophoping (oedeem)
opvliegers
opgezwollen buik
meer zweten; haaruitval; jeuk; droge huid; vette huid
zwaar gevoel in de ledematen
regelmatige, maar heel lichte menstruaties; grotere borsten; knobbel/zwelling in de borst; melkproductie zonder zwanger te zijn; premenstrueel syndroom; pijn bij het vrijen; droogheid van de vagina of vulva; baarmoederkrampen
prikkelbaarheid
verhoogde leverenzymwaarden
schadelijke bloedstolsels in een ader of slagader, bijvoorbeeld:
in een been of voet
in een long
hartaanval
beroerte
tijdelijke beroerte-achtige verschijnselen die transient ischaemic attack (TIA) worden
genoemd
bloedstolsels in de lever, maag/darm, nieren of ogen.
De kans dat u een bloedstolsel krijgt kan hoger zijn als u een andere aandoening heeft die dit risico
verhoogt (zie rubriek 2 voor meer informatie over de aandoeningen die het risico op bloedstolsels verhogen, en de verschijnselen van een bloedstolsel).
verminderde eetlust
meer zin in seks
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
aandachtsstoornis
droge ogen, contactlensintolerantie
droge mond
geelbruine pigmentvlekken, vooral in het gezicht; overmatige haargroei
vaginale geur; ongemak in de vagina of vulva
honger
galblaasaandoening.
Allergische (overgevoeligheids)-reacties zijn gemeld bij gebruiksters van IOA, maar op basis van de beschikbare gegevens kan de frequentie niet bepaald worden.
In rubriek 3 ‘Wanneer en hoe moet u de tabletten innemen?’, ‘Als u last heeft van onverwacht bloedverlies’ en ‘Als er een of meer menstruaties uitblijven’ staat meer informatie over de mogelijke bijwerking menstruatieveranderingen (bijvoorbeeld uitblijven van de menstruatie of onregelmatige menstruatie) tijdens het gebruik van IOA.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doordrukstrip en doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Spoel combinatiepillen (waaronder IOA tabletten) die niet meer nodig zijn, niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. De hormonale werkzame stoffen in de tablet kunnen schadelijke effecten hebben als zij in het aquatisch milieu (oppervlakte-, grond- en drinkwater) terechtkomen. De tabletten moeten ingeleverd worden bij een apotheek of op een andere veilige manier worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. Deze maatregelen zullen helpen om het milieu te beschermen.
De werkzame stoffen in dit middel zijn:
in de witte werkzame filmomhulde tabletten: elke tablet bevat 2,5 mg nomegestrolacetaat en 1,5 mg oestradiol (als hemihydraat). In de gele filmomhulde placebotabletten: de tablet bevat geen werkzame stoffen.
De andere stoffen in dit middel zijn:
Tabletkern (witte werkzame filmomhulde tabletten en gele filmomhulde placebotabletten) lactosemonohydraat (zie ook rubriek 2 ‘IOA bevat lactose’), microkristallijne cellulose (E460),
crospovidon (E1201), talk (E553b), magnesiumstearaat (E572) en colloïdaal watervrij silica
Tabletomhulling (witte werkzame filmomhulde tabletten)
poly(vinylalcohol) (E1203), titaandioxide (E171), macrogol 3350 en talk (E553b) Tabletomhulling (gele filmomhulde placebotabletten)
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
poly(vinylalcohol) (E1203), titaandioxide (E171), macrogol 3350, talk (E553b), geel ijzeroxide (E172) en zwart ijzeroxide (E172)
De werkzame filmomhulde tabletten zijn wit en rond. De tabletten zijn aan beide zijden gecodeerd met
‘ne’.
De filmomhulde placebotabletten zijn geel en rond. De tabletten zijn aan beide zijden gecodeerd met ‘p’.
IOA wordt geleverd in 1, 3, 6 of 13 doordrukstrips met 28 filmomhulde tabletten (24 witte werkzame
filmomhulde tabletten en 4 gele filmomhulde placebotabletten), verpakt in een kartonnen doos. Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Merck Sharp & Dohme Limited Hertford Road, Hoddesdon
Hertfordshire EN11 9BU
Verenigd Koninkrijk
Fabrikant:
Organon (Ireland) Limited Drynam Road
Swords Co. Dublin Ierland
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
MSD Belgium BVBA/SPRL
Tél/Tel: 0800 38 693 (+32(0)27766211)
UAB Merck Sharp & Dohme Tel: + 370 5 2780247
Мерк Шарп и Доум България ЕООД
Teл.: + 359 2 819 3737
MSD Belgium BVBA/SPRL
Tél/Tel: 0800 38 693 (+32(0)27766211)
Merck Sharp & Dohme s.r.o.
Tel.: +420 233 010 111
MSD Pharma Hungary Kft.
Tel.: + 36 1 888 5300
MSD Danmark ApS
Tlf: + 45 4482 4000
Merck Sharp & Dohme Cyprus Limited
Tel: 8007 4433 (+356 99917558)
MSD SHARP & DOHME GMBH
Tel: 0800 673 673 673 (+49 (0) 89 4561 2612)
Merck Sharp & Dohme BV
Tel: 0800 9999000 (+ 31 23 5153153)
Merck Sharp & Dohme OÜ
Geneesmiddel niet langer geregistreerd
Tel: + 372 6144 200
MSD (Norge) AS
Tlf: + 47 32 20 73 00
MSD Α.Φ.Β.Ε.Ε.
Τηλ: + 30 210 98 97 300
Merck Sharp & Dohme Ges.m.b.H.
Tel: +43 (0) 1 26 044
Merck Sharp & Dohme de España, S.A.
Tel: +34 91 321 06 00
MSD Polska Sp.z o.o.
Tel.: +48 22 549 51 00
MSD France
Tél: + 33 (0) 1 80 46 40 40
Merck Sharp & Dohme, Lda
Tel: + 351 21 4465808
Merck Sharp & Dohme d.o.o.
Tel: + 385 1 6611 333
Merck Sharp & Dohme Romania S.R.L.
Tel: + 40 21 529 29 00
Merck Sharp & Dohme Ireland (Human Health)
Limited
Tel: +353 (0)1 2998700
Merck Sharp & Dohme, inovativna zdravila d.o.o.
Tel: + 386 1 5204201
Vistor hf.
Sími: + 354 535 7000
Merck Sharp & Dohme, s.r.o. Tel: + 421 2 58282010
MSD Italia S.r.l.
Tel: +39 06 361911
medicalinformation.it@merck.com
MSD Finland Oy
Puh/Tel: + 358 (0)9 804650
Merck Sharp & Dohme Cyprus Limited
Τηλ: 800 00 673
+357 22866700
Merck Sharp & Dohme (Sweden) AB
Tfn: + 46 (0)77 570 04 88
SIA Merck Sharp & Dohme Latvija
Tel: + 371 67 364224
Merck Sharp & Dohme Limited
Tel: +44 (0) 1992 467272
medicalinformationuk@merck.com
Geneesmiddel niet langer geregistreerd