Bemfola
follitropin alfa
follitropine-alfa
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Wat is Bemfola en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Dit geneesmiddel bevat de werkzame stof follitropine-alfa, die bijna identiek is aan een natuurlijk hormoon dat door uw lichaam wordt geproduceerd en ‘follikelstimulerend hormoon’ (FSH) heet. FSH
is een gonadotropine, een type hormoon dat een belangrijke rol speelt bij de vruchtbaarheid en voortplanting van de mens. Bij vrouwen is FSH nodig voor de groei en ontwikkeling van de zakjes
(follikels) in de eierstokken die de eicellen bevatten. Bij mannen is FSH nodig voor de productie van sperma.
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een geneesmiddel dat ‘clomifeencitraat’ wordt genoemd;
samen met een ander geneesmiddel dat ‘lutropine-alfa’ (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd, om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert;
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen om zwanger te worden), bijvoorbeeld in-vitrofertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ (GIFT) of ‘zygote intrafallopian transfer’ (ZIFT).
samen met een ander geneesmiddel, ‘humaan choriongonadotropine’ (hCG) genoemd, om de zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage concentraties van bepaalde hormonen.
De vruchtbaarheid van u en uw partner moet onderzocht worden, voordat de behandeling wordt gestart, door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een vrouw:
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de eierstokken), van onbekende oorsprong;
met onverklaarbare vaginale bloeding;
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten;
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is, zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een man:
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik Bemfola niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Twijfelt u? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de zon is geweest, en/of
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling. Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om te stoppen met het gebruik van dit geneesmiddel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met Bemfola veroorzaakt
zelden ernstig OHSS, tenzij het geneesmiddel dat wordt gebruikt om de follikels tot volle rijping te
brengen (dat humaan choriongonadotropine (hCG) bevat) wordt toegediend. Als u OHSS ontwikkelt, kan het zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en kan men u meedelen dat u gedurende ten minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière- voorbehoedsmiddelen (condooms) moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u Bemfola gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind tegelijk (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby’s. U kunt de kans op een meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis Bemfola op de juiste tijdstippen te gebruiken. Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een meerlingzwangerschap en uw leeftijd en de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo’s dat bij u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met Bemfola.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde testikels. Bemfola werkt meestal niet als u dit probleem heeft. Als uw arts beslist om behandeling met
Bemfola te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Bemfola is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen en jongeren onder de 18 jaar.
Gebruikt u naast Bemfola nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Als u Bemfola gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
Als u Bemfola op hetzelfde moment gebruikt als een ‘gonadotropin-releasing hormone’ (GnRH-)agonist (bevorderend middel) of -antagonist (remmend middel) (deze geneesmiddelen verlagen uw concentraties van geslachtshormoon en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een hogere dosis Bemfola nodig om follikels te produceren.
U mag Bemfola niet gebruiken als u zwanger bent of borstvoeding geeft.
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid of het gebruik van machines beïnvloedt.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Bemfola is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden gegeven. Gebruik elke voorgevulde pen slechts één keer, daarna moeten ze op een veilige
manier worden weggegooid. Dien de oplossing niet toe indien deze deeltjes bevat of niet helder is.
De eerste injectie met Bemfola moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u de voorgevulde Bemfola-pen gebruikt om het geneesmiddel te injecteren.
Als u Bemfola bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de ‘Instructies voor gebruik’.
Deze instructies vindt u aan het eind van de bijsluiter.
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses zijn vermeld in internationale eenheden (IE) en milliliter (ml).
Bemfola wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van Bemfola in de eerste 7 dagen van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met het gebruik van dit geneesmiddel.
De gebruikelijke startdosis Bemfola is per dag 75 tot 150 IE (0,12 tot 0,25 ml).
Uw dosis Bemfola kan om de 7 of om de 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 IE, totdat u de gewenste reactie krijgt of totdat uw arts u zegt te stoppen (zie hieronder).
De maximale dagelijkse dosis Bemfola is doorgaans niet hoger dan 225 IE (0,375 ml).
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram ‘recombinant hCG’ (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt hCG), of 5 000 tot 10 000 IE hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met Bemfola. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met Bemfola gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis Bemfola geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2, OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis Bemfola geven dan de vorige keer.
De gebruikelijke startdosis Bemfola is 75 tot 150 IE (0,12 tot 0,25 ml), samen met 75 IE (0,12 ml) lutropine-alfa.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis Bemfola kan om de 7 of om de 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 IE, totdat u de gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram ‘recombinant hCG’ (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt hCG), of 5 000 tot 10 000 IE hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injecties met Bemfola en lutropine-alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met Bemfola gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis Bemfola geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2, OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis Bemfola geven dan de vorige keer.
De gebruikelijke startdosis Bemfola is elke dag 150 tot 225 IE (0,25 tot 0,37 ml), vanaf dag 2 of 3 van uw behandelcyclus.
De dosis Bemfola kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse dosis is 450 IE (0,75 ml).
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren van 5 dagen tot 20 dagen. Uw arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit punt bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram ‘recombinant hCG’ (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5 000 tot 10 000 IE hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met Bemfola. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp van een GnRH-agonist of -antagonist. Vervolgens wordt dan gestart met Bemfola, ongeveer twee weken na het begin van de behandeling met de agonist (bevorderend middel). Daarna worden Bemfola en een GnRH-agonist beide gegeven totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 IE Bemfola toegediend. De dosis wordt dan aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken. Wanneer een GnRH-antagonist (remmend middel) wordt gebruikt, wordt die toegediend vanaf de 5e of 6e dag van de behandeling met Bemfola en dit wordt voortgezet totdat de eisprong begint.
De gebruikelijke dosis Bemfola is 150 IE (0,25 ml), samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
De effecten van het gebruik van te veel Bemfola zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval bedacht te zijn op het optreden van het ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven wordt in rubriek 4. OHSS zal echter alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2, onder OHSS).
Bent u vergeten Bemfola te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in de eierstokken (zie ook rubriek 2 ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?’). Deze bijwerking komt vaak voor (bij maximaal 1 op de 10 personen).
OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie, gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag of borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (bij maximaal 1 op de 100 personen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen zelden voorkomen (bij maximaal 1 op de 1 000 personen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (bij maximaal 1 op de 10 000 personen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook rubriek 2 – onder ‘Bloedstolselproblemen’).
Allergische reacties, zoals huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en moeite met ademhalen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor.
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het gebruik van Bemfola.
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Plaatselijke reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting/blauwe plek, zwelling en/of irritatie
Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
Buikpijn
Misselijkheid, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden komen voor bij minder dan 1 op de 10 000 gebruikers):
Allergische reacties, zoals huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
Plaatselijke reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting/blauwe plek, zwelling en/of irritatie
Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 10 000 gebruikers):
Allergische reacties, zoals huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het penetiket of de doos na “EXP”. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C-8°C). Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag de ongeopende pen maximaal 3 maanden worden bewaard bij of beneden 25°C zonder opnieuw in de koelkast geplaatst te worden en dient deze te worden weggegooid als deze na 3 maanden niet is gebruikt.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof deeltjes bevat of niet helder is.
Eenmaal geopend dient het geneesmiddel onmiddellijk te worden geïnjecteerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
De werkzame stof in dit middel is follitropine-alfa.
Bemfola 75 IE/0,125 ml: elke patroon bevat 75 IE (overeenkomend met 5,5 microgram) follitropine-alfa in 0,125 ml oplossing.
Bemfola 150 IE/0,25 ml: elke patroon bevat 150 IE (overeenkomend met 11 microgram) follitropine-alfa in 0,25 ml oplossing.
Bemfola 225 IE/0,375 ml: elke patroon bevat 225 IE (overeenkomend met 16,5 microgram) follitropine-alfa in 0,375 ml oplossing.
Bemfola 300 IE/0,50 ml: elke patroon bevat 300 IE (overeenkomend met 22 microgram) follitropine-alfa in 0,50 ml oplossing.
Bemfola 450 IE/0,75 ml: elke patroon bevat 450 IE (overeenkomend met 33 microgram) follitropine-alfa in 0,75 ml oplossing.
Elke ml van de oplossing bevat 600 IE (overeenkomend met 44 microgram) follitropine-alfa.
De andere stoffen in dit middel zijn poloxameer 188, sucrose, methionine, dinatriumfosfaatdihydraat, natriumdiwaterstoffosfaatdihydraat, fosforzuur en water voor injecties.
Bemfola is een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een voorgevulde pen (injectie).
Bemfola wordt geleverd in verpakkingen met 1, 5 of 10 voorgevulde pennen, 1, 5 of 10 wegwerpnaalden en 1, 5 of 10 alcoholdoekjes. Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Gedeon Richter Plc.
Gyömrői út 19-21.
1103 Boedapest Hongarije
Lees voordat u begint met het gebruik van uw voorgevulde pennen zorgvuldig de volledige Instructies voor gebruik en de bijsluiter.
Elke voorgevulde pen is slechts voor uw eenmalig gebruik – laat niemand anders hem gebruiken.
De getallen op de dosisweergave van de voorgevulde pennen zijn gemeten in internationale eenheden of IE. Uw arts heeft u verteld hoeveel IE u elke dag moet injecteren.
Geef uzelf de injectie elke dag rond hetzelfde tijdstip.
Neem een van uw pennen 5 tot 10 minuten voor gebruik uit de koelkast.
Als het geneesmiddel bevroren is, gelieve het dan niet te gebruiken.
Was uw handen met zeep en warm water, en droog ze af.
Het is belangrijk dat uw handen en de spullen die u gebruikt bij het klaarmaken van uw pen zo schoon mogelijk zijn.
Een goede plaats is een schone tafel of een schoon werkblad.
Voer de injectie elke dag rond hetzelfde tijdstip uit. Haal de pen 5 tot 10 minuten vóór gebruik uit de koelkast.
Let op: controleer of het geneesmiddel niet bevroren is.
naaldbeschermhuls niet beschadigd is of los zit.
Verwijder de peel-off verzegeling van de
injectienaald.
Pas op: Als de peel-off verzegeling beschadigd of los is, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de naald weg in een naaldencontainer. Neem een nieuwe naald.
De naald bevestigen.
Houd de pen aan de zijkanten vast en houd de naald in lijn met de pen terwijl u de
naald vastmaakt en de naald stevig op de
punt van de pen vastklikt. Zorg ervoor dat de naald goed en recht op de pen is
bevestigd.
Pas op: Ondanks het feit dat er een schroefdraad aan het uiteinde van de pen zit, mag u nooit proberen de naald op de pen te draaien, aangezien dit kan leiden tot een verkeerde plaatsing van de naald.
Duw niet op de doseerknop terwijl u de naald bevestigt.
Verwijder de buitenste naaldbeschermhuls (G). Bewaar deze voor later. U zult deze na de injectie nodig hebben om de pen weg te gooien.
Verwijder de binnenste naaldbeschermhuls (F).
Zorg ervoor dat de naald zich in de juiste positie bevindt.
Houd de pen eerst zo dat de naald naar boven wijst. Om de luchtbellen uit het systeem te verwijderen, tikt u zachtjes tegen de zijkant van de pen om de aanwezige luchtbellen naar boven te laten komen.
Terwijl u nog steeds de pen rechtop houdt, drukt u de doseerknop in totdat de activeringsbalk met de kleine pijl verdwijnt. U zult nu ook een klik horen en er zal wat vloeistof uit spuiten (dit is normaal). De pen is nu klaar om de dosis in te stellen.
Pas op: Als er geen vloeistof uit spuit, of als er vloeistof lekt bij de aansluiting van de naald en de pen, mag de pen niet worden gebruikt. Vertel het uw arts of apotheker als u problemen opmerkt.
Draai voorzichtig aan de doseerknop totdat het balkje van uw voorgeschreven dosis op één lijn ligt met het midden van de inkeping op de pen.
Opmerking: Voor de Bemfola 75 IE/0,125 ml voorgevulde pen kan de doseerknop niet volledig rond gaan, maar wel naar achteren worden gedraaid.
De pen is nu klaar voor injectie.
Pas op: duw de doseerknop niet verder in, op dit ogenblik.
Reinig de injectieplaats met het alcoholdoekje, beschikbaar in de verpakking, in een cirkelvormige beweging. Wacht enkele seconden tot de alcohol van de huid is verdampt en de huid droog is alvorens te injecteren.
Controleer nogmaals of de juiste dosis op de pen wordt weergegeven. Knijp lichtjes in de huid van het injectiegebied. Houd de pen ongeveer in een rechte hoek (hoek van 90°) en steek de naald in één vloeiende beweging in de huid.
Pas op: duw niet op de doseerknop tijdens het inbrengen van de naald en verander de richting van de naald niet als hij in de huid gaat.
Zodra de naald volledig in de injectieplaats is ingebracht, duwt u de doseerknop langzaam en continu in tot deze stopt en de balk van de ingestelde dosis is verdwenen. Verwijder de naald niet onmiddellijk, maar wacht minstens 5 seconden voordat u hem eruit trekt, om zeker te zijn dat u de volledige dosis heeft geïnjecteerd.
Nadat de naald eruit is getrokken: reinig de huid met een alcoholdoekje in een cirkelvormige beweging ter hoogte van de
injectieplaats.
Pas op: Als er tijdens het injecteren vloeistoflekkage wordt opgemerkt bij de aansluiting van de naald en de pen, vertel dit dan aan uw arts of apotheker.
Plaats voorzichtig de buitenste naaldbeschermhuls terug op de naald.
U mag de voorgevulde injectiepen maar één keer gebruiken en moet de pen weggooien, ook als er na de injectie vloeistof in de pen is achtergebleven. Gooi de verpakkingsdoos, de binnenste naaldbeschermhuls, het verwijderbare lipje, het alcoholdoekje en de Instructies voor gebruik in het normale huishoudelijke afval. Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. De gebruikte pen moet worden weggegooid in een naaldencontainer en worden teruggebracht naar de apotheek voor een correcte verwijdering. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt.